bijgenaamd de Bliksem, turksch sultan, geb. 1347, zoon van Amurat, na den dood zijns vaders 1389 als diens opvolger uitgeroepen, liet dadelijk zijn oudsten broeder worgen, die hem den troon wilde betwisten. Hij maakte groote veroveringen, ontnam den christen-keizers Bulgarije, Macedonië en Thessalië (1391—93), onderwierp het meerendeel der vorsten van Azië; vervolgens in Europa teruggekeerd, versloeg hij bij Nicopolis aan den Donau een verbonden leger van hongaarsche, poolsche en fransche kruisvaarders (1396).Door zooveel voorspoed stout geworden, belegerde hij Constantinopel, en dwong keizer Manuelhem eene schatting te betalen.
Doch hij werd in zijne veroveringen gestuit door Tamerlan, die zijne staten overweldigde,hem in den slag van Ancyra versloeg (1402) en hem gevangen nam. Men zegt dat Tamerlan hem allerlei vernederingen deed ondergaan: zich van zijn ligchaam bediende als van eene voetbankom te paard te stijgen, hem dwong gedurende de maaltijden onder tafel te zitten en zich te voeden met de stukken die op den grond vielen, en hem in eene ijzeren kooi opsloot, in welke de ongelukkige vorst zich om het leven bragt door zich tegen de ijzeren traliën te werpen. Meer waarschijnlijk intusschen is de lezing, dat de tartaarsche veroveraar hem behandelde met onderscheiding, en dat B., na acht maanden gevangenschap, in het kamp van Tamerlan aan eene beroerte stierf.B. II, geb. 1447, zoon van Mahomed II, volgde zijn vader als sultan op (1481),verdreef zijn broeder Zizim.die hem de kroon betwistte, uit zijne staten, en vervolgde hem tot aan het hof der europ. vorsten (zie ZIZÏM). Hij viel de Mamelukken van Egypte aan, doch zonder hen te kunnen vernietigen; gelukkiger in Europa, versloeg hij de Moldaviërs. en onderwierp Bosnië en Croatië. Na 30 jaren geregeerd te hebben, deed hij afstand van den troon, en wilde er zijn oudsten zoon Achmet op plaatsen; doch Selim, zijn tweede zoon, maakte zich van de kroon meester (1512), na zijnen broeder door middel van vergif te hebben omgebragt.
B., zoon van Soliman I en Roxelane. Naijverig op zijn broeder Selim (Selim II), dien Soliman had bestemd om hem op te volgen, deed B., zelfs nog gedurende het leven van hunnen vader, de wapenen tegen dien vorst opvatten. Nabij Iconium overwonnen, nam hij de wijk bij den koning van Perzië; doch deze liet hem in den kerker werpen, en leverde hem aan de beulen over, door Soliman gezonden om hem ter dood te brengen; B. werd dadelijk geworgd (1559).
B., zoon van AchmetI en broeder van Amurat IV. De achterdochtige Amurat, naijverig op dien jongen vorst, die schoone hoedanigheden aan den dag legde, liet hem ondanks de smeekingen van de sultane Kiosem, hun beider moeder, ter dood brengen, waarbij B. zich echter zoo kloek te weer stelde, dat vier zijner moordenaars er het leven bij inschoten.