Funerair Lexicon

H.L.Kok (2002)

Gepubliceerd op 31-05-2017

Brandstapel

betekenis & definitie

Over een zeer lange periode komt lijkverbranding voor: vanaf de late Bronstijd (100 voor Chr.) tot aan de kerstening (800 na Chr.). Nederland kent dan ook zeer vele en dikwijls grote urnenvelden uit verschillende perioden. Doordat de lijkas meestal met de nog niet geheel verbrande beenderresten in urnen werd geborgen, is het mogelijk om het geslacht en de ouderdom vast te stellen.

Vuur vernietigt veel, maar beenderen die alleen maar door het vuur zijn aangetast, zijn geconserveerd. De hoeveelheid houtas die in vele urnenvelden is gevonden, geeft aan dat de houtstapel kleiner was dan men algemeen aanneemt. Van de houtskooldeeltjes van een brandstapel, die meestal tussen de beenfragmenten liggen, kan de houtsoort worden bepaald. Hieruit blijkt dat de brandstapels steeds zijn opgebouwd uit hout van de eik, den en els. Voorstelling van een Germaanse lijkverbrandingDe Romeinse geschiedschrijver Tacitus geeft aan: hout van de eik, beuk, pijnboom (o.a. den) en jeneverbesboom. Dit laatste is niet zo verwonderlijk, want de jeneverbesboom werd door de Germaanse volkeren als heilig vereerd. Dat bij archeologische opgravingen geen houtskoolresten van de jeneverbes zijn gevonden, wil niet zeggen dat ze niet is gebruikt. De gebruikte hoeveelheid kan erg klein zijn geweest, symbolisch. Bovendien is de jeneverbes een struik die snel en hevig brandt en volledig verteert. zie ook: jeneverbes.