Om van een begraving in ongewijde aarde bespaard te blijven ontstond ten tijde van de Reformatie de rite van de zogenaamde beaarding. De avond voordat de begraving plaats vond, eventueel vlak voor het sluiten van de kist, strooide de priester wat gewijde aarde in de kist, meestal op de kleding van de overledene. Het idee ontstond dat de dode toch in (met) gewijde aarde was begraven. De priester gebruikte hiervoor een beaardingskistje, een klein lastvormig doosje (soms van zilver) waarin de gewijde aarde werd bewaard.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk