Definities van Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek) in de Ensie Û
- Ui
- Uiachtig
- Uiengeur
- Uiensaus
- Uienschil
- Uier
- Uierzalf
- Uierziekte
- Uil
- Uilebord
- Uilenpan
- Uilenspiegel
- Uilenvlucht
- Uilig
- Uilskuiken
- Uiltje
- Uit
- Uitademen
- Uitbaggeren
- Uitbakenen
- Uitbannen
- Uitbarsten
- Uitbarsting
- Uitbazuinen
- Uitbeelden
- Uitbeelding
- Uitbeitelen
- Uitbenen
- Uitbesteden
- Uitbesteding
- Uitbetalen
- Uitbetaling
- Uitbetten
- Uitbijten
- Uitbikken
- Uitblazen
- Uitblijven
- Uitblinken
- Uitblinker
- Uitbloeden
- Uitbloeien
- Uitblussen
- Uitboenen
- Uitboren
- Uitborstelen
- Uitbotten
- Uitbouw
- Uitbouwen
- Uitbouwsel
- Uitbraaksel
- Uitbraden
- Uitbraken
- Uitbranden
- Uitbrander
- Uitbreiden
- Uitbreiding
- Uitbreken
- Uitbrengen
- Uitbroeden
- Uitbroeien
- Uitbrullen
- Uitbuigen
- Uitbundig
- Uitdagen
- Uitdaging
- Uitdampen
- Uitdelen
- Uitdelgen
- Uitdeling
- Uitdelven
- Uitdenken
- Uitdienen
- Uitdiepen
- Uitdijen
- Uitdoen
- Uitdorsen
- Uitdossen
- Uitdoven
- Uitdraaien
- Uitdragen
- Uitdragerij
- Uitdrijven
- Uitdrinken
- Uitdrogen
- Uitdruipen
- Uitdrukkelijk
- Uitdrukken
- Uitdrukking
- Uitduiden
- Uitdunnen
- Uiteen
- Uiteenlopen
- Uiteenzetten
- Uiteinde
- Uiteindelijk
- Uitelkaar
- Uiten
- Uiteraard
- Uiterlijk
- Uitermate