Gepubliceerd op 02-04-2021

Bewegen

betekenis & definitie

v., biwege, forwege, forroere, forroerje; enigszins —, forskeuvelje; heen en weer —, weve, weevje, wevelje, wilewarlje, wigewarije, wig(g)elje; snel heen en weer —, tyskje, tyspelje, teisterje, wifelje, wivelje; zich heen en weer —, hinne-en-werje, hobje; zich snel heen en weer —, tyskje, spylje; zich voortdurend —, omweve; zich rusteloos —, omwine; zich schuifelend —, skeuvelje; zich behagelijk —, jin (de lea) speakje; hij beweegt zich onbeholpen of zwaaiend, it skaeit der nuver mei him hinne; zich —, jin forreppe; zich niet —, forreppe noch forroere.