Filosofisch woordenboek

Paul Frentrop (2001)

Gepubliceerd op 21-09-2020

Ethiek

betekenis & definitie

Om de tuin van de wijsbegeerte staat de haag van de logica. Binnen die heg groeien de bomen van de fysica.

Zij dragen de vruchten der ethica.Aldus dachten de droeve stoïcijnen, die in hun hart toch optimistisch bleven. Volgens hen zit de wereld systematisch in elkaar, heeft alles een oorzaak en valt uiteindelijk dan ook alles te begrijpen.1 Wie alles begrijpt weet ook wat goed en slecht is. Het ‘God dobbelt niet’ van Einstein is in wezen het motto van de Stoa. (Zie: Wetenschap)

Daartegenover staat de wereld van de kwantummechanica. Daar is alles in de natuur gebaseerd op toeval. Daar bestaan gevolgen zonder oorzaken. Aan dergelijke wild opschietende bomen groeien geen vruchten. Onder invloed van die nieuwe kijk op de allerkleinste deeltjes in de natuur beschouwden Ernst Mach en andere denkers in Wenen een eeuw geleden alle ethische (of esthetische) uitspraken slechts als uitingen van emoties. Op zich is daar niets mis mee, legden ze uit, mits je maar bedenkt dat het uiten van emoties geen andere bedoeling heeft dan die emoties te uiten of om anderen over te halen die emoties te delen. Een ethische uitspraak, zoals bijvoorbeeld ‘U bent een buitengewoon minderwaardig mens’2 betekent volgens hen niets anders dan ‘ik voel me niet goed, als ik zie wat u zegt of doet’.

1 Descartes heeft dit in zijn Le Discours de la Méthode (1637) trachten te bewijzen.
2 Marcel van Dam tegen Pim Fortuyn op televisie in 1997. (Zie: Demoniseren).