Selectie en fokken veranderen eigenschappen van wilde planten en dieren, waardoor ze beter passen bij de mens. Huisdieren worden vooral kleiner gemaakt, minder agressief en minder intelligent dan hun wilde voorouders.
Dan zijn ze makkelijker te houden. Domesticatie is de laatste tienduizend jaar een belangrijk onderdeel geweest van onze cultuur en is dat nog steeds, want de mens domesticeert niet alleen wilde wezens. Ook wilde ideeën worden tot onderdeel van onze beschaving gemaakt. Een van die ideeën, het christendom, nu tweeduizend jaar oud, is inmiddels een gedomesticeerde religie geworden. Zoals de mens de wolf eerst tot jachthond en vervolgens tot schoothond heeft gemaakt, zo is ook de agressie van het christendom uit dat geloof weg geselecteerd. Het christendom is een schootgodsdienst geworden. De islam nog niet. Het getuigt van wereldvreemdheid om te stellen dat we de islam met dezelfde tolerantie moeten behandelen als het christendom. Je moet een wolf niet aaien. Aanhangers van een geloof, geïmporteerd uit de oeroude wildernis van het analfabetisme waarin de gevaarlijkste ideeën overleven, moeten even voorzichtig worden gebreideld als de eerste wilde runderen die door de mens werden gevangen.
