Familienamen

Leendert Brouwer (2017)

Gepubliceerd op 19-06-2017

Feitsma

betekenis & definitie

1. Ontstaan uit een patroniem dat van de voornaam Feit is afgeleid. Volgens Van der Schaar betreft de voornaam een vorm die uit een Germaanse Fred-naam is ontstaan; dit woord betekent 'vrede, bescherming'. Gelijkschakeling met Veit uit Vitus komt elders naar voren (vgl. Feith); de naam van de Heilige Vitus, die aan de basis stond van de populariteit van deze vorm en zijn varianten, zou overigens op een Germaanse naam kunnen zijn teruggegaan.

2. Verschillende naamdragers kunnen hun naam te danken hebben aan de contacten die hun voorouders met de verschillende Feitema-states of -sates onderhielden (te Dronrijp, Sibrandaburen en Almenum). De namen van de families die aan deze huizen hun naam gegeven hebben, kunnen uit patroniemen zijn ontstaan. Met betrekking tot de historische naamsvermeldingen betreffende Feitema te Almenum is overigens een verband gezocht met een 'feit', dat wil zeggen een drinkplaats voor vee: Claes tho feyte, 1511. Deze vermelding kan echter evengoed gelezen worden als Klaas te Feit = Klaas van het huis van de familie Feit (vgl. Feyte guedt, 1543).
3. In de vorm Veitsma is deze naam in 1811 door een joodse familie aangenomen. In deze naam schuilt vermoedelijk een jiddische voornaam: aan Philips Asser Vei(jt)sma gaat Feis (of Feiwesj) ben Jouseif (1754) = Philips Josephs (1787) vooraf.