Ewoud Sanders woordenboeken

Ewoud Sanders (2019)

Gepubliceerd op 11-02-2019

leut

betekenis & definitie

koffie

In deze betekenis in 1897 voor het eerst opgetekend, door G.J. Boekenoogen, in diens Zaansche volkstaal. Boekenoogen geeft als definitie: ‘Koffie en melk door elkaar gekookt; opgewarmde koffie; soms ook versche koffie’. Als voorbeeldzinnen geeft hij: ‘Wil-je nag een koppie leut?’ en ‘Kom-je eens een leutje bij me drinken’. In 1906 voor het eerst opgenomen in een Bargoense woordenlijst, De Boeventaal van Köster Henke. De herkomst is onzeker. Men brengt het in verband met leut in de betekenis ‘pret’.

Vergelijk zweet.

• Kijk eris eerst of d’r nog leut is -- en zet dan wat klaar voor de jonges. ¶ Justus van Maurik, Toen ik nog jong was (1901), p. 184. De schrijver verklaart de betekenis tussen haakjes.
• En zoo had zij hem, als het even kon, ’s morgens over het trapdeurtje afgewacht en Jan, vóór hij zijn stadszwerftocht inzette, een warmen bak leut de paarskleume en bloedlooze handen ingeduwd. ¶ Is. Querido, Van Nes en Zeedijk (1915), p. 261
• Doch [hij] werd gestoord door de glundere moeder Gantelhoven, aan wie het koffieblad toevertrouwd was. ‘Me bakkie leut! Warm en wel!’ snoof Gantelhoven. ¶ Willem van Iependaal, Adam in ongenade (1938), p. 99