Ewoud Sanders woordenboeken

Ewoud Sanders (2019)

Gepubliceerd op 19-02-2018

Kenau

betekenis & definitie

manwijf

Met kokende olie, brandende pekhoepels, spiets, bus en rapier wist Kenau Simonsdochter Hasselaar eind januari 1573 de Spanjaarden van Haarlems stukgeschoten wallen te weren. Kapitein Kenau stond aan het hoofd van een compagnie van driehonderd Haarlemse vrouwen, met Diewerte Claessen als luitenant, de freule van Berkenrode als vaandrig en burgemeestersvrouwen onder de manschappen. De Spanjaarden waren diep onder de indruk en riepen: 'Hoe, zijn de vrouwen hier mannen geworden?'

Dit is hoe het verhaal van Kenau sinds het eind van 16de eeuw is overgeleverd in talloze boeken, toneelstukken, gedichten en geuzenliederen.

Pas in 1872 zette de Haarlemse historicus C. Ekama er voor het eerst vraagtekens bij. De speurtocht die daarna volgde liet weinig heel van de legende en is in 1956 tot in details beschreven door de Haarlemse archivaris Gerda H. Kurtz in haar boek Kenu Symonsdochter van Haerlem.

Kenu, zoals ze in archiefbescheiden wordt genoemd, werd in 1526 in Haarlem geboren. Ze trouwde met scheepsbouwer Nanning Gerbrandszoon Borst en kreeg vier kinderen. Nadat haar man in 1562 was overleden zette Kenau, zoals we haar verder zullen noemen, de scheepswerf en houthandel met grote voortvarendheid voort.

Kenau liet niet over zich lopen. 'Bijkans haar gehele leven sedert haar weduwschap is vervuld met procederen', schrijft Kurtz. De meeste processen werden door de stoere Haarlemse gewonnen.

Kenaus optreden tijdens het beleg van Haarlem, dat duurde van december 1572 tot 13 juli 1573, werd al in 1573 voor het eerst beschreven en wel in een werkje getiteld Historie ende een waerachtich verhael van al die dinghen die gheschiet sijn, van dach tot dach, in [...] Haerlem, in dien tijt als die van den Hertoge van Alba beleghert was.

Schrijver Johannes Arcerius Frisius was zelf bij het beleg aanwezig en beschrijft met bewondering de vrouwen en meisjes die hielpen bij het herstellen van de wallen. 'Bysonder was daer een seer manlycke vrou, die met recht een mannine ghenoemt mocht worden, met name Kenu, nu al een vrou zijnde op haer daghen, welcke met oncosten [...], met arbeyt, wapenen ende geweer het ghemeene welvaren voorstonde, ende met spijt en schempe, daer sy die vyanden sonder ophouden mede quelt ende tercht, heeft altoos boven alle ander een manlick hart int lijf ghehadt.'

Een mannine die de vijand met schelden en vloeken kwelde en tergde - het verhaal maakte diepe indruk en werd in de loop der tijd aangedikt tot de legende waarbij 'kapitein' Kenau driehonderd vrouwen aanvoerde. Dat Kenau als houtleverancier waarschijnlijk goed aan de herstelwerkzaamheden van de wallen heeft verdiend, kon niet verhinderen dat zij door latere generaties werd gezien als 'een sprekend voorbeeld van heldenmoed in de zwakkere kunne'. Al in de 17de eeuw kreeg haar naam de betekenis van 'moedige, doortastende, onafhankelijke, zelfstandige, ongemakkelijke vrouw', of kortweg 'virago, manwijf'.

Kenau stierf in 1588. Zij was met haar schip naar Noorwegen onderweg en werd waarschijnlijk door zeerovers vermoord.

In de categorie spreekwoorden kreeg zij gezelschap van enkele andere doortastende dames. 'Als de Hollanders van Kenau pochen, dan pochen de Friezen van Bauck' herinnert aan Bauck Hemmema-Popma [ 1501] die in 1496 op manmoedige wijze Hemmama State te Berlicum tegen de Groningers verdedigde. 'Het is eene rechte Trijn van Limpen' betekent zoveel als 'het is een kenau van een meid' en herdenkt het feit dat Trijn van Limpen in 1577 als eerste begon met de sloop van het op de Spanjaarden veroverde kasteel Vredenburg in Utrecht.

Twee vergelijkbare begrippen die teruggaan op een persoon: een mansfelder, een 'manwijf, mannetjesputter, grofgespierde, bazige vrouw', naar Peter Ernst Graf von Mansfeld [1580-1626], een condottiere in de 30-jarige oorlog, die door de Staten-Generaal wegens plunderingen werd ontslagen. Zijn soldaten hadden een zeer slechte reputatie; en een messalina, 'een schaamteloze, wulpse vrouw', naar de prachtige Valeria Messalina [25-48 n.Chr.], de gewetenloze vrouw van de Romeinse keizer Claudius. Zij onderhield met talrijke mannen intieme betrekkingen en werd ter dood gebracht nadat zij zich in afwezigheid van Claudius 'openlijk met haren gunsteling in den echt begeven had', zoals De Beer en Laurillard het in 1899 formuleerden.

Vergelijk xantippe en ka