Ewoud Sanders woordenboeken

Ewoud Sanders (2019)

Gepubliceerd op 19-02-2018

Jonassen

betekenis & definitie

iemand horizontaal vasthouden en omhooggooien

Volgens de bijbel kreeg de profeet Jona (in de Latijnse tekst Jonas) van God opdracht de zondige bewoners van Ninevé te waarschuwen dat hun stad binnen veertig dagen zou worden verwoest. Om zich aan deze opdracht te onttrekken vluchtte hij per schip in de tegenovergestelde richting. Toen daarop een enorme storm losbrak, trokken de zeelieden loten om te onderzoeken aan wie dit te wijten was. Het lot viel op Jona, die aanbood zich in zee te laten werpen. 'En zij namen Jona op, en wierpen hem in de zee. Toen stond de zee stil van hare verbolgenheid', aldus Jona 1:15.

Aan deze bijbelpassage is het werkwoord jonassen ontleend, dat het WNT omschrijft als 'Iemand bij 't hoofd en de voeten nemen, hem in een deken leggen, en hem vervolgens, herhaaldelijk, beurtelings omhoog wippen en weer opvangen; eene spelende mishandeling - b.v. van nieuwelingen - onder matrozen, soldaten, enz.; ook wordt, onder kinderen, het bij 't hoofd en de voeten nemen en heen en weer slingeren van een kameraadje zoo genoemd.'

Volgens Ter Gouw (1870) noemden de Romeinse soldaten dit 'jongensspel', zoals het in verschillende bronnen wordt gekarakteriseerd, sagatio, naar het sagum of de soldatenmantel die erbij werd gebruikt. Onder Franse soldaten stond het bekend als le bernement, in het Antwerps sprak men van op-sinjoorken. In het Nederlands werd ook wel gezegd 'jonas met iemand spelen'.

Volgens Ter Gouw was het jonassen hier vooral populair op bruiloftspartijen. 'Het lot om Jonas te zijn', schrijft hij, 'viel gemeenlijk aan een Stijven Steven, bij voorkeur aan een ouden vrijer ten deel.'

Bij het jonassen wordt het volgende versje gezongen:

Toen Jonas in de wallevis zat

Toen was hij verzopen en toch [of: nog] niet nat

Van je een, twee, drie!

In 1877 wees dominee C.F. Zeeman erop dat de volgorde in dit liedje niet juist is: Jona wordt eerst overboord geworpen en komt dan pas in de walvis terecht. 'De walvisch', schrijft hij in zijn woordenboek, 'komt dan wel wat te vroeg, maar werd zeker om zijne merkwaardige grootte in den zang gebracht.'

De belevenissen van Jona hebben aanleiding gegeven tot een opmerkelijk groot aantal uitdrukkingen en zegswijzen, waaronder 'Het is een rechte Jonas', voor iemand die op reis altijd slecht weer treft; 'Het lot valt (altijd) op Jonas', d.i. een pechvogel heeft altijd ongeluk; 'Hij speelt voor Jonas', d.i. hij zit altijd te morren en te klagen; en 'Zij maken hem Jonas'. In 1858 verklaart Harrebomée dit laatste spreekwoord als volgt: 'Men zegt dit, wanneer iemand op eene plaats, waar hij niet behoort, lang vertoeft, en past het vooral toe op den drinkebroèr in de herberg.' In het Frans en Duits komt het woord jonassen niet voor. Het spelletje ongetwijfeld wel. In het Engels heeft to jonah de betekenis 'ongeluk brengen'.

Zie ook jonashaai