Ewoud Sanders woordenboeken

Ewoud Sanders (2019)

Gepubliceerd op 20-02-2019

gengewas

betekenis & definitie

Gengewas is eenmaal gesignaleerd in 1998, maar het woord brak door in 1999. Het begon met een bericht van het ANP, op 23 juni, onder de kop ‘Parijs wil nieuwe gengewassen voorlopig weren’. Een Franse minister had voorgesteld voorlopig alle nieuwe genetisch veranderde gewassen van de Europese markt te houden. Totdat de Europese Unie een nieuwe goedkeuringsregeling had vastgesteld.

De kwestie leidde tot een stroom berichten. Trouw, NRC Handelsblad, het Algemeen Dagblad, het Haarlems Dagblad — allemaal gebruikten ze maandenlang het woord gengewas, door sommigen hardnekkig gespeld als gen-gewas. Een en ander leverde koppen als ‘Frankrijk wil verbod gen-gewas’, ‘EU legt invoer aan banden van “gen-gewassen”’, ‘Nieuwe gengewassen in EU voorlopig taboe’, ‘Emotie speelt mee in blokkade “gen-gewassen”’ en ‘Tweede kamer: Geen moratorium voor gengewassen’ .

Gengewas is slechts één van de vele woorden die in de pers worden gebruikt voor genetisch gemanipuleerde of genetisch gemodificeerde gewassen. Vooral genetisch gemanipuleerd voedsel heeft tot veel nieuwe woorden geleid. In het Engelse taalgebied krijgt Frankenstein Food steeds steviger voet aan de grond, en dat is wel passend, want ook aan dat monster was het nodige verbouwd. De Nederlandse pers maakt sinds medio 1998 melding van Frankensteinvoedsel, maar ook dit woord brak in 1999 pas echt door. Het duikt nu frequent in krantenkolommen op.

De essentie van genetisch gemanipuleerd voedsel is dat er — anders dan bij de klassieke veredeling — chemisch wordt ingegrepen in het DNA van plant en dier. Meestal wordt er aan een chromosoom een gen toegevoegd dat codeert voor een eiwit dat van nature niet aanwezig is. Dat zijn de elementen die koppenmakers en andere woordsmeders tot uitdrukkking willen laten komen. Nieuw in 1999 waren onder meer bio-eten, biotech-eten (kop in de NRC: ‘Biotech-eten deert Amerikanen niet’), biotechnologisch voedsel, genfood, gen-voedsel, techno-eten en technovoedsel (tegenover gentech-vrij voedsel, een woord uit 1998). Verder komen er allerlei samenstellingen bij met GG en GM, beide als afkorting voor ‘genetisch gemanipuleerd’. Vooral GM-product wordt veel gebruikt. GGO staat voor ‘genetisch gemanipuleerd organisme’, GGM voor ‘genetisch gemanipuleerd materiaal’.

In december 1999 riep NRC Handelsblad op om een Nederlands woord voor genfood te verzinnen. ‘Een en ander leidde tot een flinke discussie’, meldde de jury later. ‘Een stellingname was: gen is geen geschikt woorddeel want al in gebruik en te weinig onderscheidend. Een bioloog zou zeggen: de erfelijke eigenschappen van ieder gewas en van ieder levend organisme worden bepaald door de genen. Dat kan wel zo zijn, was het tegenargument, maar GM-voedsel, gemavoedsel, GG-voedsel en dergelijke gaan het in de spreektaal nooit halen, fröbelvoer, labhap, NASA-nassen, reageerbuisvoer en übervoedsel zijn te gekleurd, en chromosomaal, dn-anders voedsel en foetsul veel te woordspelig. Bovendien heeft het een groot voordeel om gen als nieuwe betekenis “genetisch gemanipuleerd” te geven, want het is bijna overal mee te combineren. Denk aan genaardappel, genmaïs, genrijst, gensoja — allemaal woorden die aan het opkomen zijn. Kortom, de winnaar werd genvoedsel, dat overigens door heel veel inzenders was gebruikt, ook een teken voor de bruikbaarheid ervan.’

Vergelijk biotech-activist, vernietigingsgen en zaadpiraat.