Ewoud Sanders woordenboeken

Ewoud Sanders (2019)

Gepubliceerd op 19-02-2018

Boswellianisme

betekenis & definitie

kritiekloze verering

Sommige fanatieke fans hebben er last van: van boswellianisme, een kritiekloos idolate houding ten opzichte van een schrijver, popster of andere beroemdheid.

Het adjectief boswelliaans dat deze houding karakteriseert, dankt zijn bestaan aan de Schotse schrijver James Boswell [1740-1795]. Boswell vestigde zijn reputatie als kleingeestige bewonderaar in 1791 met de publikatie van The Life of Samuel Johnson.

Samuel Johnson [1709-1784], die een belangrijk woordenboek van de Engelse taal heeft samengesteld, was een van de invloedrijkste schrijvers en denkers van de 18de eeuw. Boswell raakte in 1863 met hem bevriend. 'Als vurig bewonderaar van Johnson, stelde Boswell zich voortaanten opgaaf de woorden en daden van dezen buitengewonen man op te tekenen', schreef Gt. Nieuwenhuis in 1855.

Hoewel Johnsons vriendin Hester Piozzi van mening was dat Boswell slechts een stenograaf was geweest van beschouwingen die hij niet had begrepen, werd zijn boek een buitengewoon groot succes. Aan het eind van de 19de eeuw werd The Life of Samuel Johnson zelfs beschouwd als het perfecte voorbeeld van een biografie.

De term boswellism werd in 1825 in het Engels geïntroduceerd door de Britse historicus T.B. Macaulay [1800-1859]. De Beer en Laurillard vermelden het begrip in 1899 als boswellianism en geven als omschrijving 'opgaan in eenigszins kleingeestige bewondering voor iemand, zich er door belachelijk maken'. De Engelsen kennen bovendien het woord Boswell voor 'a constant companion or attendant who witnesses and records what a person does', aldus de Oxford English Dictionary. Zo schreef Arthur Conan Doyle in 1892 in Adventures of Sherlock Holmes:

'I think that I had better go, Holmes.'

'Not a bit, Doctor. Stay where you are. I am lost without my Boswell.'