gek, half gaar
Alleen aangetroffen in het werk van de Amsterdamse schrijver G.P. Smis. Smis was zeer goed bekend met het Jordaans.
• En wat ’k je nou goa fertelle, is sauwat ’n hallif joar geleie: Er komt op ’n goeie morrege, ’n hallif blans doametje baai me in de tent. ¶ G.P. Smis, Wonde plekken (1941), p. 22
• Maar als jij denkt dat Henkie zó maf is, om me door mijn medelijden met jullie, voor een druiloor te laten gebruiken, dan mot je toch bij die halve blanse straatmaker van je zijn. ¶ G.P. Smis, Het nieuwe spionnetje (1955), p. 183. De schrijver verklaart de betekenis in een woordenlijst.