Woordenboek van Eufemismen

Marc de Coster (2004)

Gepubliceerd op 17-08-2018

doos

betekenis & definitie

(1) een ietwat vulgair eufemisme voor de vagina. Hier seksueel gezien als een container voor de penis. In de zestiende eeuw gebruikte men als metaforen koker* en vat, allebei voorwerpen die iets kunnen bevatten. Volgens Hans Auer (‘Zeg nooit doei’. 1995) wordt dit neutrale woord al gebruikt door hoger opgeleiden, hetgeen erop wijst dat het min of meer acceptabel is. Nochtans wekte in 1999 de reclameslogan ‘De lekkerste dozen van Nederland’ veel ergernis (vooral bij feministen).

In deze reclame voor pizzadozen was op een poster een naakte vrouw te zien met een pizzadoos voor haar kruis en de bovengenoemde tekst. Met de doos werd dus iets anders gesuggereerd. In het Amerikaanse slang betekent ‘box’ eveneens vagina. In het Franse taalgebied noteren we de haast poëtische omschrijvingen ‘botte d’amourette’ en ‘botte à ouvrage’. Vgl. ook het Duitse ‘Büchse’ dat in dezelfde zin wordt gebruikt. ‘Op de doos gaan’ is een omschrijving van de geslachtsdaad.

... en saartje lijdt aan een blaartje in haar doos geen gevoos - en komt niet klaar dag saar!

ArieB. Hiddema: Kassa. 1971

Ze zegt: ‘Ik heb jeuk aan m’n doos’.

René Stoute: Uit het Achterland. 1985

Sheila in pyjama vraagt wie er met haar doos wil spelen.

Oor, 21-02-87

Ze kijkt alsof ze een brandende peuk in d’r doos heeft, vind je ook niet?

Joris Moens in Vrij Nederland, 29-01-94

(2.) wc, toilet. Een verkorting van het plattere poepdoos. Wellichtna 1960 in zwang gekomen. Amerikanen gebruiken o.a. het woord ‘can’.

Dan heb je geen omkijken meer naar Johanna, dan zit ze de hele dag op de doos.

Hans Plomp: Het Amsterdams Dodenboekje. 1970

Jij hebt de hele reis op de doos gezeten, maatje!

Ben Borgart: De vuilnisroos. 1972

(3) gevangenis. Alleen in de verbinding ‘in de doos’. De doos is een voorwerp waarin iets bewaard wordt. Hier is het de bewaarplaats van gevangenen. Eenzelfde metafoor vinden we terug in kast* en pot*.

Twintig jaar heb ik in de doos gezeten...

Albert Mol: Haar van boven. 1988