Erotisch woordenboek

Hans Heestermans (1977)

Gepubliceerd op 17-03-2020

vogelen

betekenis & definitie

vogelen - copuleren. Ook door ENDT vermeld.

Zie het vorige woord. Die wijffven ... die van haere mans willen ghescheyden woerden, omdat se niet genoech ghevoegelt en worden, Hekelschrift [± 1570].Roepende dat hij sijne vrauwe liet voghelen voor drije oortiens (= bepaalde munt, H.), bij LIEVEVR.-COOPM. 1595b [1772].

Hierbij: vogelaar, geilaard, iemand die (graag) ‘vogelt’; wrsch. ook: ‘koppelaar’. (Zie het onder vogel aangehaalde artikel in Simiolus, p. 38). Men Vaeren mijn Bestevaer waren goe Veughelaers by nacht..., myn eyghen Vaer sach oock te besucht (= verdomd, H.) gaerne schoone Vrouwen:... want als hy moeteen moye Meyt kreegh so most hy er by slapen, v. ARP, Cl. Klinck A 2 r° [± 1631].

en: vogelarij, het ‘vogelen’, koppelen. Jan H. en Pieter S., Hebben gezeten alhier (in een gevangenis, H.). Niet om haar dievery, Noch om haar schelmery, Maar om haar eerlyke Veugelery, Koddige Opschriften 1, 25 [1698-1700].