Encyclopedie van Zeeland

Kon. Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen (1982)

Gepubliceerd op 24-11-2020

REGALIA

betekenis & definitie

Eigenlijk ‘jura regalia’, koninklijke rechten. Hieronder verstaat men rechten, die in de Karolingische tijd geacht werden aan de koning toe te komen en die in het algemeen niet blijvend aan de graven werden afgestaan.

Bij de ontwikkeling van de → landsheerlijkheid echter, hebben de landsheren regalia aan zich weten te houden en ook soms zulke rechten geüsurpeerd. Wat regalia zijn is in 1158 op de rijksdag te Roncaglia (in Noord-Italië) door keizer Frederik I Barbarossa vastgesteld. De meest belangrijke zijn: het recht op de heerbanen, op de bevaarbare stromen, op de onbeheerde goederen, het recht van muntslag, van tolheffing, het veerrecht, het visrecht enz. Voor Zeeland waren van bijzondere betekenis: het recht op de bevaarbare stromen en het tolrecht, maar ook het recht op de onbeheerde goederen, waarvan het wildernisregaal een bepaalde variant is en toepassing vond op de droogvallende schorren.LITERATUUR

De Monté Verloren, Hoofdlijnen. Zeumer, Quellensammlung I. Meijers, Des graven stroom. Doeleman, Zeggenschap op de Honte, 13-43.