Encyclopedie van Noord Brabant

Anton van Oirschot (1985-1986)

Gepubliceerd op 20-10-2020

STAPELEN

betekenis & definitie

kasteel op een soort eilandje in de Dommel, bij Boxtel. Omstreeks 1100 komen reeds Harpere en Meinnere van Buchstelle voor, die in verband met de heerlijkheid Stapelen zijn gebracht.

Van een kasteel is echter eerst in 1293 sprake, al moet er hier al eerder een hebben gestaan. Immers Willem van Boxtel en Kuyck, die in 1288 met de Brabantse hertog Jan I meevocht in de slag bij Woeringen, kreeg toen Stapelen met de daarbij behorende goederen in leen van de hertog, die hem tevens tot ridder sloeg. Zijn kleindochter Maria, gehuwd met ridder Dirck van Me(e)rheim, erfde later de heerlijkheid. Omtrent het midden van de 15de eeuw ging Boxtel door huwelijk en erfenis van het geslacht van Merheim over op dat van Van Ranst, doordat Lysbet van Merheim, vrouwe van Boxtel en Liempde, huwde met Hendrik van Ranst, heer van Moortsele, Edigem, Cantecroy en van „daer Acher” onder Vilvoorde.Hendrik van Ranst en zijn vrouw stichtten in 1471 het Clarissenklooster en lieten in Boxtel de St. Petruskerk uitbreiden, waarbij in 1493 ook een kapittel werd gesticht.

Door huwelijk kwam de heerlijkheid met kasteel Stapelen in bezit van de Van Horns, o.m. heer Jan van Horn, kapitein-generaal in het leger, een van de ondertekenaars van het Verbond der Edelen in 1566. Hij vluchtte naar Kleef, toen Alva in het land kwam. Later werd hij gouverneur van Dordrecht en van ‘s-Hertogenbosch. Tijdens zijn vlucht naar Duitsland verbleef Willem van Oranje ook nog op het kasteel in Boxtel. De goederen van Jan van Horn werden verbeurd verklaard, maar diens zoon Gerard, die trouw aan het katholieke geloof en aan de koning was gebleven, kreeg de bezittingen toegewezen.

In de Tachtigjarige Oorlog is Stapelen nog een toevluchtsoord geweest voor de Karthuizers uit Vught. Het kasteel werd toen door muitende soldaten belegerd. De Karthuizers wisten via de gracht uit het kasteel te vluchten. De rentmeester kon zijn heer berichten „aangaande Sijne Genades Huys, God hebbe loff, gaat toch redelyk wel”. Maar in 1603 waren het Spaanse troepen, die het kasteel bezetten.

Koning Philips II verklaarde in 1647, vlak voor de Vrede van Munster, dat Boxtel een Duits leengoed was en daardoor een vrije baronie zou blijven, maar desondanks werd de heerlijkheid toch tot het generaliteitsland gerekend. De heren van Boxtel verbleven toen in de Zuidelijke Nederlanden of in Frankrijk. Meer dan 65 jaar1629-94-zou Stapelen bewoond worden door een rentmeester. In die tijd, in 1672, verbleef koning Lodewijk XIV van Frankrijk bij de inval in Nederland tien dagen op het kasteel. Ook latere eigenaren vertoefden veel in Frankrijk waar een baron van Boxtel in 1794 met zoveel andere edelen naar de guillotine werd geleid en onthoofd.

Rond 1815 werd het kasteel Stapelen met de heerlijke rechten op Boxtel en Liempde, die overigens al niet meer officieel erkend werden, bij gerechtelijk vonnis verkocht. In 1857 kwam het kasteel in handen van de familie Mahie. De laatste weduwe Mahie bleef begin deze eeuw op Stapelen wonen, maar wilde wel vertrekken als het kasteel een kloosterbestemming zou krijgen. Er werden daarom advertenties in Franse kranten geplaatst. En op die manier kwamen de paters Assumptionisten aan het nieuwe adres.

In 1915 betrokken zij het Boxtelse kasteel, dat ook klein seminarie van de orde werd. In 1927 werd buiten de grachten, maar wel erg dicht bij het kasteel, een nieuw gebouw voor de patersopleiding gesticht. In het kasteel zelf kwamen toen de werkplaatsen. In 1939 werd er het provincialaat van de Assumptionisten gevestigd, terwijl een deel ook werd bestemd tot missiemuseum.

Het kasteel in Boxtel heeft in de loop der tijden wel verschillende grote veranderingen ondergaan. Het bestaat uit een groep van gebouwen, waarvan de achtkante toren aan de oostzijde nog uit de Middeleeuwen stamt, evenals de twee torens aan de westkant van het hoofdgebouw en de driehoekige gesloten kapel aan de zuidzijde. Daarin bevindt zich nog een altaarstuk uit omstreeks 1600 met het wapen van Van Horn. Maar het kasteel werd in 1858 door Jan Hendrik Mahie vrijwel helemaal vernieuwd in neo-gotische trant. Er kwamen alle mogelijke aanbouwsels, torenverhogingen, kantelen en ook andere vensters. Het geheel werd in 1968 gerestaureerd.

Daarbij werden oude fundamenten teruggevonden op de binnenplaats, waar in 1957 autoboxen werden gebouwd in eigen beheer. Op die plaats stonden vroeger de kasteelstallingen, die echter al in 1858 waren gesloopt.

In Liempde staat nog een duiventoren uit 1661, die tot het kasteel behoord moet hebben. In 1942 werden daar op bevel van de Duitsers 230 duiven afgeschoten.

De doeken van het Bloedwonder van Boxtel zijn nog een tijd op het kasteel bewaard. Het wonder werd later officieel erkend. Een keer per jaar werden de doeken aan het volk getoond. Baron Willem van Merheim had daarvoor speciale toestemming van Rome gekregen. In de Tachtigjarige Oorlog werden deze doeken in Hoogstraten (België) bewaard. Een deel is in 1922 naar de St.

Petruskerk in Boxtel teruggekomen.

Bron: A. van Oirschot, Middeleeuwse kastelen in Noord-Brabant, 1981.