Encyclopedie van Noord Brabant

Anton van Oirschot (1985-1986)

Gepubliceerd op 20-10-2020

PNEM

betekenis & definitie

Provinciale Noordbrabantse Elektriciteitsmaatschappij. opgericht in 1914 nadat reeds in 1909 een commissie door Provinciale Staten was ingesteld om zich in het elektriciteitsvraagstuk te verdiepen. In het begin van de twintigste eeuw' ontstonden er in Noord-Brabant verschillende particuliere en gemeentelijke elektriciteitsbedrijven.

Omdat er op commerciële basis werd gewerkt werden uitsluitend de dichtbebouwde gebieden op het elektriciteitsnet aangesloten.Op initiatief van de provincie Noord-Brabant werd in 1914 de PNEM opgericht met de opdracht geheel Brabant, inclusief het agrarisch gebied, van stroom te voorzien. Het hoofdkantoor van de maatschappij werd gevestigd in 's-Hertogenbosch. Doordat de Eerste Wereldoorlog een vertraging opleverde, kon eerst in 1919 met dc levering van elektriciteit worden begonnen. Dat gebeurde vanuit een centrale aan de rivier De Donge in Geertruidenberg. Bij de bevrijding van Noord-Brabant in 1944 werden transformatorstations en centrales door de terugtrekkende Duitse troepen ernstig beschadigd. Er werd op grote schaal geïmproviseerd om Brabant van licht te voorzien.

Kort daarna werd begonnen met de bouw van de Amercentrale in Geertruidenberg. die in 1952 in gebruik kon worden genomen. Dit centrale complex moest door de enorme groei van het stroomverbruik herhaaldelijk worden uitgebreid. Het totale opgestelde vermogen kwam uiteindelijk op 2090 MW (1986). De oliecrisis van 1973-74 was aanleiding voor de PNEM om met een nieuwe activiteit te beginnen: de levering van warmte, afkomstig van centrales aan een aantal woningprojecten, ofwel de stadsverwarming.

In gebruik zijn Amercentrale 4. 5. 6. 7 en 8. Steg-eenheid Dongecentrale en de Warmtekrachtcentrale. Het aantal verbruikers komt op 470.000 (1985). De PNEM heeft 2367 man personeel (1985). De PNEM zorgt ook voor het transport via hoogspanningslijnen door de gehele provincie en in de meeste gemeenten ook voor de distributie.

De PNEM is een naamloze vennootschap met een aandelenkapitaal van f 5 miljoen. Alle aandelen zijn in handen van de overheid. De provincie bezit er 1991. 9 Noordbrabantse gemeenten hebben ieder één aandeel. Het toezicht op het beleid van de directie wordt uitgeoefend door de Raad van Commissarissen, waarvan de commissaris der koningin voorzitter is.

Behalve de Dongecentrale, waar in 1919 met de elektriciteitsproduktie werd gestart, en de Amercentrales met vijf productie-eenheden is er in Helmond een warmtekrachtcentrale voor stadsverwarming, waar ook elektriciteit wordt geproduceerd.

De totale lengte van de hoog- en laagspanningslijnen van de PNEM komt op 27.000 km. Via hoogspanningslijnen is de PNEM met de overige Nederlandse elektriciteitscentrales verbonden, waardoor zij elkaar kunnen bijstaan bij eventuele storingen.

In tien gemeenten in Noord-Brabant levert de PNEM de elektriciteit aan het gemeentelijk elektriciteitsbedrijf. dat gewoonlijk ook zorgt voor de distributie van water en gas. Deze gemeenten zijn Bergen op Zoom, Breda. Dongen, Eindhoven. 's-Hertogenbosch. Oss, Roosendaal, Tilburg, Vught en Waalwijk, samen met ruim 300.000 verbruikers. In het voorzieningsgebied van de PNEM zijn ruim 450.000 aansluitingen.

De PNEM levert warmte voor stadsverwarmingsprojecten in Breda, Geertruidenberg. 's-Gravenmoer. Helmond, Oosterhout en Tilburg.

De PNEM heeft het hele gebied onderverdeeld in rayons met eigen kantoren, in totaal 21.

In 1986 kwam de PNEM met nieuwe projecten naar voren, zoals de bouw van woningen, die geheel op elektriciteit zijn aangewezen, ook voor ruimteverwarming en het koken, met een proeffabriek in Geertruidenberg voor mestdroging van het pluimvee en een in Helmond voor varkensmest, samen met de NCB en CHV. Langs de provinciegrens tussen Moerdijk en Bergen op Zoom zijn windmolens gepland. In 1986 werd besloten te komen tot een zuidelijke energiebundeling. De PNEM neemt ook deel in het windenergiepark te Sexbierum (Fr.) en onderzoekt mogelijkheden van een waterkrachtcentrale in de Maas; per jaar levert zij een bijdrage van ca ƒ 1 miljoen aan het onderzoekprogramma voor duurzame energiebronnen van KEMA.

Bron: De PNEM, stroom voor Noord-Brabant.