ook schrobbelen genoemd, waaronder wordt verstaan het bewerken van de gezuiverde wol, die daarna wordt gesponnen. In vroeger tijden gebeurde het uit elkaar plukken van de wolvezels met de hand, De kaardmachine haalt de wolvezels uit elkaar en legt ze evenwijdig.
Aan het eind van de bewerking ontstaat een losse draad of voorgaren. De volgende bewerking is het fijnspinnen. Zie ook: Textielindustrie.