Encyclopedie van Noord Brabant

Anton van Oirschot (1985-1986)

Gepubliceerd op 20-10-2020

HEESCH

betekenis & definitie

gemeente in Noord-Oost-Brabant, ten zuiden van Osch, omvattende het dorp Heesch, een deel van de kerkdorpen Vinkel en Loosbroek, alsmede een 11-tal buurtschappen en gehuchten, w.o. Broekhoek, Hoogstraat, Kerkeind, Schutsboom, Wijst en Zoggel.

Heesch dat deel uitmaakt van het Stadsgewest Oss telt 10.051 inwoners (1984) en is 2645 ha groot. Ze grenst aan de gemeente Oss, Nistelrode, Heeswijk-Dinther, Berlicum, Nuland en Geffen.

Wapen: In blauw het beeld van de H. Petrus in bischoppelijk gewaad, rechts een sleutel vasthoudende, links een staf en staande op een losse grond, alles van goud (1817). St. Petrus is de patroon van het dorp en de parochie. Geschiedenis: Heesch wordt voor het eerst vermeld in een akte van 1191 als Heese. In dat jaar droeg Hendrik van Cuijk zijn vrije grondheerlijkheid van Herpen op aan de hertog van Brabant.

Deze gaf haar hem weer in leen terug met o.m. de tienden van Heesch. Het is niet bekend wanneer het dorp de beschikking kreeg over een bedehuis. De eerst bekende kerk, toegewijd aan St. Petrus Banden, stamde uit de 15de eeuw, verondersteld is omstreeks 1400, terwijl de toren nog een restant zou zijn van een oudere kerk. Het patronaatsrecht behoorde aan de hertog, die dit in 1441 afstond aan het Kapittel van de St. Janskerk te ’s-Hertogenbosch.

Omstreeks 1425 werd in Heesch een hospitale gesticht ten behoeve van arme reizigers, die van Den Bosch naar Grave reisden. Hieraan was ook een kapel verbonden. Het is bekend, dat de adellijke familie Loeff de Jegher het recht had om er een priester te benoemen, welk recht in 1598 door Cornelis de Jegher overgedragen werd aan de commandeur van de Duitse Orde te Gemert. Omdat er in het begin van de 17de eeuw niet zozeer reizigers, maar vagebonden, die de omgeving onveilig maakten, in het gasthuis verbleven, werd besloten om het in 1633 af te breken.

Ook in Heesch moesten de katholieken in 1648 hun kerk afstaan. Er werd echter geen predikant benoemd, maar Heesch werd met de gereformeerde gemeente van Oss verenigd. De predikant van Oss bediende ook de kerk in Heesch. Heesch telde echter slechts drie protestantse gezinnen, die van de schoolmeester, de vorster en de secretaris.

De pastoors van Heesch bleven echter de parochie bedienen, vanuit het (vrij gebleven) Land van Ravenstein. Na de inval van de Fransen in 1672 veranderde die toestand. Er werd een schuurkerk gebouwd in het gehucht Heelwijk. De kerk kreeg de H. Dionysius als patroon. In 1798 werd de oude kerk weer aan de katholieken toegewezen, maar het zou nog tot 1811 duren voordat deze ook daadwerkelijk in gebruik werd genomen.

In 1865 werd de eerste steen gelegd van de nieuwe kerk, gebouwd naar ontwerp van architect Charles Weber uit Roermond. En in 1868, toen deze afgebouwd was, werd het oude bedehuis gesloopt. De toren van de nieuwe kerk kwam pas later, in 1873, gereed.

Ook Vinkel kreeg een eigen (nood)kerk, in 1884, toegewijd aan O.L. Vrouw van den Rozenkrans. Vinkel en Kaathoven in welk gehucht vroeger reeds een kapel stond de St.Cunerakapel uit omstreeks 1450 hadden al meer dan 25 jaar geprobeerd een eigen bedehuis te krijgen. In 1889 kon de nieuwe kerk, een ontwerp van architect De Graaf uit Tilburg, in gebruik worden genomen. Pas in 1921 werd Kaathoven bij deze parochie gevoegd.

In 1944 werden de kerken van Heesch en vooral die van Vinkel zwaar beschadigd door de oorlog. In Vinkel kwam in 1946 een noodkerk tot stand. In Heesch werd het gebouw opgeknapt. In 1961 moest er nog een klein torentje vernieuwd worden. Tijdens die werkzaamheden brak er echter een brand uit, die de kerk totaal verwoestte, terwijl er circa honderd bejaarden in het gebouw aanwezig waren. Er werd een noodkerk aan de Beatrixstraat gebouwd.

Op de oude Kerkplaats wordt de nieuwe St. Petruskerk gebouwd naar ontwerp van Geenen en Oskam uit Eindhoven. Deze kon in 1968 in gebruik worden genomen. De moderne kerk kreeg nu een losstaande toren. De oude pastorie werd ook afgebroken en door een nieuwe vervangen. Vinkel kreeg in 1955 een nieuwe kerk, naar ontwerp van De Reus.

In Heesch werd in 1965 een nieuwe parochie, Heelwijk, opgericht. Begonnen werd in het gemeenschapshuis De Pas. In 1968 werd de nieuwe kerk, de Emmauskerk, een ontwerp van architect W. Weerkamp uit Hilversum, in gebruik genomen.

Tussen 1822 en 1835 kwam het dorp Heesch aan de toen aangelegde weg ’s-Hertogenbosch-Grave te liggen, die dwars door de kom liep en een vervolg was op een weg, die er al lag. Er werd toen een tolhuis opgericht om uit de kosten te komen. Met Oss stond het dorp in verbinding via een grindweg; deze werd in 1926 vervangen door een bitumenweg. Uiteindelijk werd de rijksweg op het eind van de 70er, begin 80er jaren buiten het dorp om gelegd. Monumenten: Jachtslotje De Berkt, uit omstreeks 1800, vermoedelijk gebouwd door de ontginner J. Linsen, secretaris-generaal van de prefecture in de Franse tijd.

Omstreeks 1845 kwam dit huis in het bezit van de familie Van den Bogaerde van Terbrugge, die ook de kastelen in Heeswijk en in Flaaren bezat. Het werd toen als jachtslot gebruikt. In 1966 kon de familie De Laat, die het huis reeds bewoonde, de Berkt kopen. Verder een standaardmolen, oorspr. 1514.

Bevolking: Heesch heeft enige industrie (bouwmaterialen, zeemleder, meubelen, tapijten) en verder landbouw. De oostelijks bosrand (60 ha) maakt deel uit van het recreatieplan Hooge Vorssel en in de fraaie omgeving vindt men dan ook een aantal recreatiebedrijven. Overheidsinstellingen e.d.: gemeentehuis, De la Sallestraat 4; rijkspolitiebureau, Herderstraat 2; postkantoor, Kerkstraat 1; waterschappen: De Aa, Postelstraat 49, ’s-Hertogenbosch en De Maaskant, Oude Kerkstraat 10, Oss.