Encyclopedie van Noord Brabant

Anton van Oirschot (1985-1986)

Gepubliceerd op 20-10-2020

HAANWIJK

betekenis & definitie

landgoed bij Sint-Michielsgestel, bij de samenvloeiing van Dommel en Essche Stroom, 106 ha groot, waarvan 12 ha bos, 66 ha pachtvrije en 25 ha verpachte landbouwgrond. In een andere beschrijving staat te lezen: „Haanwijk is een huizinge op oud kasteeltje niet ver van de stad ’s-Hertogenbosch, liggende oostwaarts van Vucht, even over de rivier de Dommel.

Ook het land daaromheen deelt in dien naam, zodat het tevens een buurt of dorpsonderdeel schijnt te zijn.” In een brief van de Eindhovense schepenbank uit 1306 wordt ene Johan van Hanwic genoemd, die in verband is gebracht met het goed. In 1553 wordt er een van de eerste hagepreken in Noord-Brabant gehouden. In 1570 is er sprake van „de pachthoeve Haanwijk”, later van „het jachthuis” dat in nauwe verbinding met kasteel Oud-Herlaer moet hebben gestaan. Het tegenwoordige jachtslot stamt uit 1649. De lage dijkjes op Haanwijk zouden zijn aangelegd door Frederik Hendrik bij het beleg van ’s-Hertogenbosch in 1629. Opvallend was de Canadese populier, een boom van uitzonderlijke hoogte en 7.50 m in omtrek.

Het landgoed is sinds 1984 in handen van de Stichting het Noordbrabantse Landschap. Met de aankoop was een bedrag van ruim 3 miljoen gulden gemoeid.Lit.: A. van Oirschot, Middeleeuwse Kastelen van Noord-Brabant, 1981.