Encyclopedie van Friesland

Prof. Dr. J.H. Brouwer (1958)

Gepubliceerd op 22-01-2020

BAKKEVEEN

betekenis & definitie

(Fr. idem, eerste deel persoonsnaam?). Dorp in Opsterland.

Begin 13de eeuw woonde hier de kluizenaar Doda. Volgelingen verenigden zich met Mariëngaard.

Zo ontstond de uithof Mariënhof (leverancier van turf). Kerk in 1583 verwoest.Door zijn ligging bij een doorgang in het veen trok B. al sinds de steentijd verkeer aan. De Fr. hulptroepen voor de bisschop van Utrecht tegen de Drenten verzamelden zich hier, maar leden 17.9. 1232 een nederlaag.

Ca. 1670 begon de stelselmatige vervening, die B. tot veenkolonie maakte. In 1957 1096 inw. B. heeft een openb. lag. school (zie Volkshogeschool).

Ten O. van B. liggen duinen. Tot ca. 1925 tussen B. en de Drentse grens een uitgestrekt heideveld, het Mandeveld, dat grotendeels werd ontgonnen. Alleen het N. gedeelte is nog heide en bos; vlak bij het dorp een zandverstuiving: de duinen van B. (44 ha). Sinds 1950 eigendom van It Fryske Gea. De eigenaars van de heide en bossen tot Allardsoog hebben zich verbonden hun bezittingen als natuurmonument te beheren en een gemeenschappelijke opzichter aan te stellen. Zo ontstond een natuurmonument (‘Oude Drentse weg en Mandeveld j van ca. 250 ha, dat in het W. deel vrij toegankelijk is en overigens langs wegen en paden.

Het geheel is vooral landschappelijk van betekenis en trekt steeds meer bezoekers (p.j. meer dan 20000). Zie: Reg. Leeuw. Cour., 44; Repert., 175-176; Leeuw. Cour. (17.8. 1950 en 21.7.1956);

Slotplaats. Dit landgoed, eigendom van Jhr. A. van der Goes en zijn zuster, omvat ca. 250 ha bos. Vroeger een geheel met de bossen van Duurswoude. Het bos bestaat uit grove dennenopstanden, ten dele met douglasspar onderplant. Elders zijn kapvlakten herbebost met Japanse lariks, douglasspar, fijnspar en sitkaspar.

Verder hakhout en enkele eikespaartelgenbossen. Achter het landhuis ligt het zgn. ‘Sterrebos’ (vooral beuken). Toegankelijk voor houders van wandelkaarten.