Economische encyclopedie

D.C. van der Poel (1940)

Gepubliceerd op 21-01-2020

Arbitrage

betekenis & definitie

1. Scheidsrechterlijke uitspraak.

Deze kan o.a. voor handels- en arbeidsgeschillen incidenteel worden aanvaard, of bij voorbaat verplicht en verbindend gesteld, hetzij bij contract tusschen de beide partijen, hetzij bij de wet. In het laatste geval ook in de vorm van incidenteele maatregel van bestuur. (Dit is bijv. in Ned. het geval voor arbeidsconflicten in bij de landbouwcrisisorganisatie betrokken bedrijven). In Ned. is A. door de wet in het algemeen beperkt tot geschillen, waarin beide partijen de vrije beschikking hebben. De uitspraak is bindend. Indien dit niet het geval is, is geen sprake van A. doch van bemiddeling of advies.

In het belang van voorkoming of beperking van arbeidsconflicten zijn bij de Arbeidsgeschillenwet in Ned. een viertal Rijksbemiddelaars ingesteld ter bevordering van overeenstemming, hetzij vóór, hetzij na uitbreken van het conflict. Bij aanvaarding van A. door den Rijksbemiddelaar of een door hem aangewezen arbiter of A.-commissie moeten de partijen zich vooraf schriftelijk tot aanvaarding van de uitspraak verbinden. Bij conflicten die het algemeen belang raken kan ingeval de bemiddeling geen resultaat heeft, door den minister een enquête worden ingesteld, die zich behalve over de directe aanleiding van het conflict ook over de algemeene bedrijf stoestand kan uitstrekken. Recht van inzage van de boeken der onderneming door den arbiter (dat in Ned. onder bepaalde voorwaarden krachtens de Arbeidsgeschillenwet bestaat) is van groot belang, omdat speciaal hierdoor inzicht in de mogelijkheid of onmogelijkheid van betere arbeidsvoorwaarden kan worden verkregen.

Waar stakingsrecht algemeen is opgeheven, zooals in de fascistische landen, en in elk conflict door een daartoe ingestelde overheidsinstantie (in Duitschland „Treuhänder der Arbeit’’) wordt ingegrepen, treedt inplaats van A. administratieve rechtspraak, zooals dit in Ned. het geval is bij de ambtenaren.

Wet.: W.B.R. art. 620-57 ; Arbeïdsgreschillenwet 1923; Crisis-organisatiebeschikking 1934 II.

Lit.: A. C. Josephus Jitta, De practijk van de Arbeidsgeschillen wet, 1929; id., Tien jaren uit de practijk van de Rijksarbeidsbemiddelaars, 1934 ; Overzicht van de werkzaamheden der Rij ksbemiddelaars

1. h. Maandschr. C.B.S.; La conciliation et 1'arbitrage des conflicts du travail (B.I.T.), 1933.
2. Beurshandel, welke daarin bestaat te profiteeren van gelijktijdig prijs (koers) verschil voor bepaalde goederen, effecten, valuta (wissels) tusschen verschillende beurzen (arbitreeren).
A. gaat dus uit van bekende koopen verkoopprijzen en veronderstelt ideëel gelijktijdige koop op de eene en verkoop op de andere markt of omgekeerd. Een uiterst snelle telegrafische of telefonische afwikkeling is daarom voorwaarde, daar de betreffende prijzen of koersen zich in korte tijd kunnen wijzigen, waardoor in het korte oogenblik tusschen beslissing en handeling of tusschen koop en verkoop de berekende winst in verlies kan omslaan. Hierin ligt het risico, dat de A. een speculatief karakter verleent.

Rente A. maakt gebruik van verschil tusschen de rente op verschillende internationale geldmarkten, door op de eene markt geld op te nemen en op de andere te plaatsen. Risico van koersverlies op de hiervoor benoodigde valuta kan door verkoop op termijn (zie: termijnhandel) op de datum van beëindiging van de leening worden gedekt. Maatschappelijk nut heeft A. in zooverre als deze de prijs- en koersverschillen tusschen de verschillende markten nivelleert en daardoor een grootere eenheid van prijzen en koersen in de hand werkt. Op deze wijze kan A. ook tot stabilisatie van de internationale wisselkoers bijdragen. A. wordt in de regel voor rekening van banken door een speciaal daarmede belaste arbitrageant (arbitrant) uitgevoerd, meestal op de basis van vast salaris en aandeel in de arbitrage-winst.

Ter vermijding van onkosten bij de meestal kleine prijs- en koersverschillen wordt A., voorzoover de betreffende banken niet over filialen in de verschillende plaatsen beschikken, in samenwerking uitgevoerd, waardoor wederkeerige provisieberekening vervalt en verzending zooveel mogelijk wordt vermeden.

Gaat A. niet te werk volgens bekende prijzen en koersen, maar volgens veronderstelde prijs- en koersbeweging, dan wordt het eigenlijke terrein van de A. verlaten en dat van de zuivere speculatie betreden.

3. Tot A. in ruimere zin wordt ook gerekend elke beslissing omtrent de voordeeligste wijze van betaling in het internationale verkeer: de keus waar benoodigde wissels zullen worden gekocht, de keus tusschen remise en wissel, enz.

Lit.: H. Deutsch, Arbitrage in bullion, coins, bills, stocks, shares and options, 2de 1910; J. G. Smith, Organised produce markets, 1922; O. Swoboda, Die Arbitrage in Wertpapieren, Wechsel, Münze und Edelmetallen, 17de, bew. A.

Wagon, 1928; W. Teuteberg, Die Zinsarbitrage, 1930.