Wijn & drank Encyclopedie

Jan Zellenrath (1979)

Gepubliceerd op 04-05-2021

Japan

betekenis & definitie

Van het eiland Kyu-Shu in het uiterste zuiden tot het eiland Hokkaido dat het verst noordwaarts ligt, is ongeveer 30 000 ha van het Japanse grondgebied beplant met wijngaarden die tafel- en wijndruiven produceren. De totale produktie aan wijndruiven ligt boven de 370 000 hl.

Niettemin zijn er voor elke Japanner die een glas wijn drinkt 100 die zich tevreden stellen met saki of bier. De consumptie van saki (gewonnen door rijst te brouwen), bier en andere dranken op basis van granen neemt geweldige proporties aan en men heeft het publiek gewaarschuwd voor het risico van een te grote aanslag op de beschikbare hoeveelheid voedselgranen. De wijn vormt dus een mogelijk vervangingsmiddel.De Japanse wijnbouwgebieden zijn die van Yamanashi en Osaka, met daarnaast in zekere mate Yamagata en Nagano, die echter nog slechtere wijnen maken. Al deze gebieden liggen op het hoofdeiland Hondo, het enige eiland dat een belangrijke hoeveelheid wijn produceert. De vochtigheid van het klimaat en de zure grond maken wijnbouw tot een hachelijke zaak. Er moet dus worden gekozen voor druiven die vroeg rijpen, d.w.z. voor de stortregens van september het werk van een heel jaar tenietdoen. De wijngaarden zijn beplant met een dichtheid van 250 wijnstokken per hectare, met onderlinge afstanden van bijna 6 meter. Ze groeien ook langs latwerk en in moestuinen.

Japan is een van de weinige landen ter wereld waar alle 3 de wijnplanten-families gedijen: de Europese, de Amerikaanse en de Aziatische. Niet één echter levert kwaliteitsprodukten op Japanse bodem. De rassen van Vilis labrusca (Amerikaans) en enkele hybriden zijn de enige of vrijwel de enige die behoorlijke en soms zelfs aangename wijnen opleveren. De Japanse soort Koshu en de Campbell’s Early vertegenwoordigen een aanzienlijk deel van de aanplant, hoewel er steeds meer Sémillon (Europees) wordt gebruikt voor de witte wijnen, en Sauvignon met wat Merlot 75% van de rode wijnen levert. In het algemeen zijn de Europese rassen zeer kwetsbaar voor schimmelziekten zoals meeldauw en oïdium, die in het vochtige Japanse klimaat bijzonder hard kunnen toeslaan.

Hoewel de wijnteelt in Japan teruggaat tot de 12de eeuw, begint de geschiedenis van de wijn van dit land pas met de 19de eeuw. Voordien werden de wijnstokken gebruikt voor decoraties en het druivesap voor medicinale doeleinden. De wijn van zijn kant kreeg zijn bloeiperiode pas met de toevloed van Europeanen en Amerikanen. Nieuwsgierig als de Japanners zijn op agrarisch gebied, kregen ze interesse voor het idee wijn te gaan maken en stuurden ze missies naar Europa en Califomië om de produktie daarvan te bestuderen. In de 20ste eeuw is de wijnbouw gegroeid en een bloeiende bedrijvigheid geworden, maar een werkelijk economisch belang vormt hij nog lang niet.

Een al te groot deel van de Japanse wijngoederen bestaat uit perceeltjes grond; het personeel is onervaren en de leiding summier. Er is een groot aantal coöperaties, maar die zijn doorgaans niet beter uitgerust en worden ook niet beter bestuurd dan de particuliere bedrijven. Vier enorme bedrijven beheersen 80% van de markt: Sunraku Ocean, Manswine, Godo Shusei en Suntory. Het merendeel van deze zaken heeft wijnaanplanten in het meest welvarende wijnbouwgebied, de vallei van Kofii, gelegen in het district Yamanashi, 120 km ten westen van Tokio. Deze streek wordt minder getroffen door vochtigheid en regenval dan veel andere gebieden; de dagen zijn warmer en de nachten koel, waardoor verklaarbaar wordt dat hier kwalitatief boven het gemiddelde uitkomende druiven worden geproduceerd. De beste wijnen uit deze vallei worden gemaakt met Cabemet Sauvignon, Merlot en Sémillon, maar er worden tevens aangename wijnen gemaakt met het inheemse ras Konshu.

Een groot aantal van deze wijnen vertoont overeenkomst met die uit het gebied van de rivier de Hunter in Australië, waar temperatuur, regencijfers en de kiezelhoudende bodem een repliek zijn van het gebied Kofu. De beste wijnen zijn licht en droog; nagenoeg de totale hoeveelheid wordt in Kofii geconsumeerd, zelfs in centra als Tokio en Kyoto is er vrijwel niet aan te komen en de export is vrijwel nihil.

Japan imponeert ongeveer 196 000 hl wijn en gedistilleerd per jaar. Ondanks de hoge douanerechten is de gemiddelde jaarlijkse consumptie per hoofd ongeveer V2 liter, waaruit optimisten de conclusie trekken dat Japan een van de markten van de toekomst vormt.

Isama Yokosuka, een Japanse geleerde, schreef in American Journal of oenology over de Japanse port: ‘Er wordt geen port gemaakt via de weg van de natuurlijke gisting, maar door aan een willekeurige wijn 1 tot 15% ethyl-alcohol, leidingwater, kleurstoffen, reukwater, suiker en organische zuren toe te voegen. Het produkt dat daaruit voortkomt is van uiterst geringe kwaliteit.’