De beet van een teek, waardoor je lymeziekte (ziekte van Lyme, tekenbeetziekte) kunt krijgen.
Een teek is een klein spinachtig diertje in de Nederlandse natuur (met acht poten, dus geen insect). Om de kans op een tekenbeet te verkleinen is het verstandig om van maart tot oktober in natuurgebieden met struikgewas, vooral duinen en de bossen, niet buiten de paden met onbedekte huid te lopen. Word je toch door een teek gebeten, dan haal je het beestje zo snel mogelijk weg, maar wel zorgvuldig. Daarvoor heb je speciale tekenpincetten. Bij het uittrekken van de teek moet je een draaiende beweging maken. Heb je zo’n pincet niet, laat dan iemand met ervaring de teek weghalen.
Controleer na een wandeling in de natuur je huid en de huid van gezinsleden op teken. Ze zijn soms niet groter dan 2-3 millimeter en lijken dan op een klein pukkeltje of wratje. Niet alle teken dragen ziekteverwekkers in zich. Het is daarom niet altijd nodig iedereen die door een teek is gebeten medicijnen te geven. Houd de plek waar de teek is weggehaald goed in de gaten. Als daar binnen 24 uur een rode kring of vlek komt, moet je snel naar de huisarts gaan en van de teek vertellen.
Kijk ook bij lymeziekte.
