Dokterswoordenboek

Jannes van Everdingen (2010)

Gepubliceerd op 23-02-2017

slechtziendheid

betekenis & definitie

Een beperkt gezichtsvermogen, meestal in de vorm van niet scherp zien, wazig zien of vlekken zien.

Door veel aandoeningen kun je last krijgen van slechtziendheid: je wordt dan bijziend, verziend, krijgt staar (cataract), een aantasting van de gele vlek (maculadegeneratie) of glaucoom (verhoogde oogboldruk). Van de laatste drie kwalen kun je uiteindelijk blind worden. De meeste mensen die in Nederland op oudere leeftijd blind worden, hebben een maculadegeneratie of diabetische retinopathie gehad.

Kijk ook bij visusstoornis.