Onderzoek van de keel waarbij de dokter met een medisch instrument (keelspiegel) achter in de keel kijkt.
Dit onderzoekje is eenvoudig, snel en pijnloos. De dokter doet het vooral te kijken of het strottenhoofd in orde is of dat iemand misschien stembandknobbeltjes of strottenhoofdkanker heeft. Er wordt dan een spiegeltje achter in je keel gehouden, waar met een lantaarntje op wordt geschenen. Soms gaan mensen kokhalzen (neiging tot overgeven) wanneer dit spiegeltje achter in de keel wordt gestoken. De dokter kan de keel dan eerst met een spray verdoven, dan gebeurt dit niet. Je mag dan na het onderzoek even niet eten of drinken, want anders verslik je je gemakkelijk. Soms wil de dokter een stukje weefsel uit de keel wegnemen. Dat gebeurt meestal met een kijkapparaat voor dieper in de keel. Dat is vervelend en daarom krijg je dan meestal narcose.
