Dokterswoordenboek

Jannes van Everdingen (2010)

Gepubliceerd op 23-02-2017

fysiotherapie

betekenis & definitie

1) Vakgebied dat gaat over de houding en de beweging van de spieren; 2) behandelwijze die zich richt op een gezonde houding en beweging van spieren (uitspraak: FIE-zio-tee-raa-pie).

Wanneer iemand moeite heeft met het bewegen van spieren en gewrichten, kan dat door van alles komen. Iemand heeft een gewrichtsziekte (gehad), is bedlegerig geweest tijdens een chronische ziekte of heeft een beperking gekregen door een zwaar ongeluk. De fysiotherapeut kijkt op welke manier iemand het lichaam of een deel ervan weer goed kan laten bewegen en helpt daarbij. Dit kan met verschillende behandelingen, bijvoorbeeld massage, en vooral met oefentherapie. Dat zijn oefeningen die mensen zelf doen om het lichaam op een goede manier te leren bewegen. Veel mensen krijgen liever lekker massage van de fysiotherapeut dan dat ze zelf vermoeiende oefeningen moeten doen, maar die zijn juist vaak goed.

Soms geeft de fysiotherapeut een speciale behandeling met warmte (met hete paraffinewas), kou (met ijs) of ultrageluid (zie ultrageluidtherapie), allemaal om pijn te verminderen. Dat kan ook met zwakke elektrische stroom. Bewegingstherapie wordt ook wel gegeven in een therapiezwembad met lekker lauwwarm water. Door het water moet je lichaam langzamer, voorzichtiger bewegen. Dat heet ‘hydrotherapie’.
In België gebruikt men het woord ‘kinesitherapie’ voor fysiotherapie en het woord ‘kinesist’ voor ‘fysiotherapeut’. Het beroep ‘fysiotherapeut’ bestaat ook in België, maar die persoon heeft het beroep van de revalidatiearts in Nederland.