Vorm van kanker waarbij de cellen van een eierstok of allebei de eierstokken veel te hard in aantal groeien en zo schade aanrichten.
De dokter ontdekt eierstokkanker vaak pas laat, want in het begin van deze kanker merkt de vrouw er meestal niets van en gaat ze dus nog niet naar de dokter. Bij drie van de vier vrouwen zit de kanker al op andere plaatsen in het lichaam wanneer de dokter het gezwel bij de eierstok ontdekt. De kanker zit dan ook in lymfeklieren, in de longen of in de buikholte. In dat laatste geval kan het buikvlies vocht gaan aanmaken en zwelt de buik van de vrouw op. Ze wordt dan dik terwijl ze helemaal niet zwanger is en ook niet te veel eet. Deze kanker komt vaker voor bij oudere vrouwen, zo rond de 70 jaar. De dokter haalt het gezwel weg en geeft soms ook kankermedicijnen (chemotherapie).
Ook ovariumcarcinoom.
