In het dagelijkse spraakgebruik bedoelen mensen met ‘depressie’ een ‘somber humeur’ en met ‘depri’ ‘somber’. Als de dokter zegt dat iemand een ‘depressieve stoornis’ heeft, is er meer aan de hand.
In dat geval moet je minstens twee weken lang (vrijwel) elke dag somber zijn en daarnaast andere verschijnselen hebben, zoals weinig eetlust, geen interesse voor dingen, geen plezier in de normale dingen van het leven, minder energie en niet kunnen slapen.
Voor het gemak schrijven we hier ‘depressie’. De depressie is een van de meest voorkomende stoornissen in Nederland. Steeds meer mensen lijken depressief te zijn. Vrouwen hebben er twee keer zo vaak last van als mannen. Misschien waren mensen vroeger wel net zo depressief, maar viel het toen minder op. De depressie had in de Middeleeuwen een andere naam: melancholie oftewel zwartgalligheid.
Bij de meeste mensen gaat een depressie na verloop van tijd vanzelf over. Sommige mensen hebben hulp van een dokter of een psycholoog nodig. In erge gevallen, bijvoorbeeld wanneer iemand een gevaar voor zichzelf wordt en misschien een eind aan het leven wil maken (zelfdoding), wordt zo’n persoon opgenomen voor een medische behandeling.
Er zijn trouwens ook vormen van depressie die niets met humeur te maken hebben: een beenmergdepressie of een ademhalingsdepressie. Dan betekent ‘depressie’ niets meer dan ‘vermindering’: een orgaan doet het dan niet goed en schiet tekort. En in een weerbericht is ‘een depressie’ een lagedrukgebied dat meestal wind en regen brengt.
Kijk ook bij depressiviteit, stemmingsstoornissen.
