Junior Dokterswoordenboek

Arnoud van den Eerenbeemt (2010)

Gepubliceerd op 23-02-2017

blind

betekenis & definitie

Niet in staat iets te zien.

Negen op de tien kinderen van wie de huisarts of de consultatiebureauarts denkt dat ze blind zijn, zien toch wel iets, ook al zijn het maar vage vormen of verschilletjes tussen licht en donker. De helft van alle gevallen van aangeboren blindheid is geërfd: de erfelijke blindheid zit in de genen. Een andere belangrijke oorzaak is een besmetting vóór de geboorte, dus in de baarmoeder, met ziekteverwekkers die horen bij ziektes als rodehond, toxoplasmose en cytomegalovirus. Als iemand op latere leeftijd blind wordt, komt dat vaak door oogziektes als staar en glaucoom, door diabetes (retinopathie) of… door een ongeluk met vuurwerk. De overheid waarschuwde een poos geleden tegen oogletsel door vuurwerk met de slagzin ‘je bent een rund als je met vuurwerk stunt’. Een rund ziet inderdaad met twee ogen, maar die zijn wel wat groot. Met de oogaandoening ‘ossenoog’ (oftewel buftalmie of buphthalmos) moet je mooi naar de oogarts. Dan is je oogbol zo groot geworden dat je je oogleden niet meer kunt sluiten.

Kijk ook bij slechtziendheid.