Een ontsteking van het slijmvlies van de urineblaas.
Hierdoor moet je vaak kleine beetjes plassen en heb je daar steeds pijn bij. Ook kan de plas er troebel (ondoorzichtig) uitzien. De aandoening komt meer bij meisjes en vrouwen voor, doordat zij een kortere urinebuis hebben. Daardoor kunnen bacteriën gemakkelijker vanbuiten in de blaas terechtkomen. De dokter kan een blaasontsteking vaak goed behandelen, bijvoorbeeld met medicijnen tegen bacteriën (antibiotica). Een blaasontsteking die niet goed wordt behandeld, kan veel narigheid geven. Als de ontsteking na een pillenkuur niet overgaat, komt er blaasonderzoek. Er is dan vaak meer aan de hand, bijvoorbeeld een blaassteen die vol met bacteriën zit en waarin het medicijn niet doordringt. In dat geval moet eerst de steen worden behandeld. Of er is een vernauwing van de plasbuis of een prostaatvergroting, waardoor de plas niet kan weglopen.
Ook cystitis.
