Problemen met spreken, schrijven, lezen en/of begrijpen door kapot hersenweefsel. (uitspraak: aa-faa-SIE)
Dit kan bijvoorbeeld komen door een hersenbloeding (beroerte), een verwonding van je hersenen door een ongeluk of door een hersentumor. Afasie overkomt vooral oudere mensen. Als iemand het taalvermogen opeens kwijtraakt, is dat eng voor die persoon en de omgeving. Plotseling kun je niet meer duidelijk maken wat je bedoelt! Mensen proberen dan wat te zeggen, maar het lukt hun niet de woorden uit de mond te krijgen of in hun hoofd de goede woorden te vinden.
Sommige mensen hebben lichte problemen met het vinden en/of uitspreken van het goede woord. Ze zeggen ‘tafel’ maar bedoelen ‘stoel’, of ‘strook’ in plaats van ‘kroost’ of ‘bullenprak’ in plaats van ‘prullenbak’. Anderen kunnen sommige klanken niet meer maken of zijn helemaal niet meer in staat nog een woord uit te brengen. Het verschilt van persoon tot persoon hoe slecht het praten, lezen en/of schrijven gaat. Door spraaktherapie kunnen sommige mensen met afasie na een poos toch weer goed praten.
Kijk ook bij spraakstoornissen.
