Dokterswoordenboek

Jannes van Everdingen (2010)

Gepubliceerd op 23-02-2017

aambeien

betekenis & definitie

Opgezwollen weefsel en bloedvaten in je poepgaatje (anus).

Bij de uitgang van de endeldarm zitten vaatrijke ‘kussentjes’. Die heten ‘zwellichamen’, want de aderen erin kunnen opzwellen. Ze zorgen er samen met de sluitspier ervoor dat je poepgaatje (de anus) goed afgesloten is. Wanneer iemand harde en dikke poep heeft en daardoor bij het poepen hard moet persen, komt er extra bloed in die zwellichamen. Ze zwellen dan op en kunnen dan na het poepen een beetje dikker blijven dan eerst. Zo’n vaatkussentje dat opgezwollen blijft, is een aambei.

Soms komen aambeien door het poepgaatje naar buiten. Dat zijn uitwendige aambeien. Mensen met darmverstopping (constipatie), mensen die veel zittend werk doen en zwangere vrouwen hebben wat sneller last van aambeien. Kinderen hebben nooit aambeien. Aambeien kunnen jeuken en kapotgaan bij het billen afvegen. Er komt dan helderrood bloed uit en ze doen dan pijn. Meestal gaan ze vanzelf over. Aambeien door verstopping krijg je niet zo snel, als je maar genoeg vezelrijke voeding eet, zoals fruit en volkorenbrood. Ook moet je niet lang wachten met naar de wc gaan wanneer je aandrang krijgt. Als aambeien niet vanzelf weggaan, kan de dokter ze afbinden met een speciaal elastiekje. De aambei wordt dan klein en rimpelig (‘verschrompelt’) en valt dan vanzelf af.

Ook hemorroïden.