Baanwachterswoningen zijn eenvoudige, veelal eenlaags bouwwerken met een kap voor het huisvesten van het gezin van de baanwachter. Deze woningen bevonden zich direct naast het spoor. De baanwachter was belast met de veiligheid van het treinverkeer.
In de tweede helft van de 20e eeuw verdwenen veel wachters omdat de beveiliging steeds verder werd geautomatiseerd en gecentraliseerd. De meeste baanwachterswoningen zijn inmiddels gesloopt omdat ze vaak te klein zijn, of dicht bij het spoor liggen. Er zijn nog enkele exemplaren bewaard.
Baanwachters werkten ook vaak als overwegwachters.