Christelijke encyclopedie

F.W. Grosheide (1926)

Gepubliceerd op 29-12-2019

Seider-avond

betekenis & definitie

of seder-avond is de naam voor den huiselijken eeredienst op de beide eerste avonden van het Joodsche Paaschfeest.

Seder beteekent eigenlijk orde. Die avonden worden zoo genoemd, omdat alles dan volgens een bepaalde orde verloopt. De eerste seder-avond, op 15 Nisan, is de belangrijkste. De huiselijke seder, terstond na het avondgebed in de synagoge, vormt het hoogtepunt van de Joodsche Paaschviering.

Voor de seder-avonden bereidt men, behalve de gewone Paaschbrooden, de bekende platte, ongezuurde koeken (mazzoth of matzes geheeten) nog afzonderlijk drie ongezuurde brooden, die de namen: Priester, Leviet en Israëliet ontvangen. Deze worden gelegd op de zgn. „sederschotel”, die midden op den Paaschdisch geplaatst wordt.

In bepaalde orde daaromheen worden geplaatst:

1. een hard gekookt ei, dat aan het feestoffer (chagigah) zou moeten herinneren, dat oudtijds op Paschen in den tempel gebruikt werd;
2. een op kolenvuur gebakken been, waaraan een stukje vleesch ter grootte van een olijf, ter herinnering aan het vroegere Paaschlam;
3. karpas, groene kruiden (meest peterselie), met wat pekel of azijn;
4. marór, bittere kruiden, mierikwortel, geschaafde radijs of latuw, ter vervanging van de bittere saus;
5. charoseth, een soort compóte, uit kleingesneden appels, fijngestooten amandelen, suiker, kaneel en wijn bestaande, die door haar uiterlijk aan het met stroo vermengde leem doet denken, dat Israël in Egypte gebruikte voor ’t strijken der tichelen.

De seder bestaat uit drie deelen:

a. een maaltijd;
b. het genot door ieder der aanzittenden van 4 bekers wijn, die zóó noodzakelijk zijn, dat aan arme gemeenteleden wijn ten geschenke gegeven wordt;
c. een tweevoudige, verhalende en lofprijzende, liturgie.

Het ritueel van den sederavond bevat in ’t geheel 15 handelingen, die hier niet alle opgenoemd kunnen worden.

Tijdens den sederavond wordt het Hallel (Psalm 113—118) gezongen.

Merkwaardig is de Eliasbeker, die gevuld op de tafel gezet wordt, bestemd voor den voorlooper van den Messias, dien men op ’t Paaschfeest verwacht.

Voor de handeling met den sederschotel zie men art. Matzes.

Aan de sedertafel bespreken de aanzittenden, daartoe uitgelokt door een vraag van den jongste van het gezelschap, al de wonderdaden Gods bij den uittocht van Israël uit Egypte.

Vóór ’t ledigen van den laatsten beker roept men elkander toe: „Het volgend jaar in Jeruzalem!” In een slotwoord wordt het regelmatig verloop van den seider-avond geconstateerd, en gebeden om een verdere gepaste viering, alsook om volkomene verlossing Israëls.

Als de officiëele plechtigheid ten einde is, blijft men, volgens voorschrift, nog wat bijeen, en worden nog verschillende merkwaardige, uit de Middeleeuwen afkomstige, Joodsche liederen gezongen.

Uitvoeriger beschrijving kan men vinden in De Macedoniër, Juni 1926, p. 182 v.v., en in: Joodsche Riten en Symbolen, van S. Ph. de Vries Mzn, p. 222 v.v.