Kuisch, rein van zeden, onberispelijk wat het zedelijk leven aangaat. De eisch van Gods Woord vraagt niet alleen een rein hart, maar ook dat de verschijning, de openbaring van het leven door reinheid van zeden gekenmerkt zij. (Ook de kleeding, 1 Tim. 2 : 9).
Er is in onzen tijd een ontzettende losheid van levensopvatting, waartegen allen, die Gods ordinantie liefhebben, in woord en voorbeeld wel krachtig mogen getuigen.