Christelijke encyclopedie

F.W. Grosheide (1926)

Gepubliceerd op 29-12-2019

Cultus

betekenis & definitie

is een Latijnsch woord, dat bewerking, bebouwing, verzorging, dan ook vereering, aanbidding beteekenen kan. In de moderne talen wordt het vooral gebezigd om de officieele, de geregelde, d. i. met name de uiterlijke vereering van God (c. q. der afgoden) aan te duiden, en kan dan door vereering of eeredienst worden vertaald.

In het Duitsch spreekt men van Kultusminister, minister van eeredienst. Het erkennen van God als God leidt er toe om Hem als God te vereeren.

Nu heeft de Heere de wijze, waarop we Hem dienen zullen, niet aan onszelf overgelaten. Het feit, dat Hij God is en dat wij zondige menschen zijn, brengt mede, dat Hij zelf moet, doch ook alleen kan zeggen, hoe Hij van ons wil worden gediend.

Terwijl dan ook het eerste gebod van de tien zegt, dat we God zullen dienen en geen ander, zegt het tweede, hoe we Hem zullen dienen, het loopt over den cultus. Het spreekt van zelf, dat de cultus in overeenstemming moet zijn met het karakter, de waardigheid, de verhevenheid die God toekomt, wanneer Hij door menschen vereerd, aangebeden wordt.

Aan Israël had de Heere een eeredienst vol ceremoniën opgelegd. En de zonde van Israël is geweest, dat het ook in perioden, dat het niet de afgoden naging, doch aan Jehovah getrouw bleef, Hem toch weer anders diende, dan Hij bepaald had, b.v. door kalverdienst of offeren op de hoogten.

Voor de nieuwe bedeeling heeft Christus in Joh. 4 : 23 het beginsel gegeven, dat den cultus beheerschen moet, we zullen God aanbidden in Geest en waarheid. Terwijl juist de Gereformeerde kerken ten allen tijde getracht hebben dit beginsel zooveel mogelijk in practijk te brengen, waren het m.n. de Roomsche en Grieksch-orthodoxe kerken, die in den cultus allerlei verkeerde elementen hebben binnen gehaald, vergetende, dat sinds het offer van Christus voor ceremoniën geen plaats meer is in den cultus.

Eerste en tweede gebod behooren bijeen, zoo zal een zuivere leer leiden tot een zuiveren cultus, terwijl omgekeerd bederf in den cultus ook in de leer bederf brengen kan.Allen, die een god vereeren, dus ook Heidenen, Mohammedanen, Joden hebben een cultus, een eeredienst. In sommige Heidensche religies is die zeer ingewikkeld. In het algemeen bestaat de neiging om bij een eenmaal bestaanden cultus te blijven, zoodat in tal van religies ceremoniën voorkomen, die feitelijk allen inhoud hebben verloren. In den laatsten tijd heeft men veel zorg besteed aan de bestudeering van den cultus. Zelfs zijn er geleerden, behoorende tot de godsdienst-historische school, die in den cultus de drijvende kracht zien van de of althans van sommige religies. M. n. omstreeks het begin onzer jaartelling zou dit het geval zijn geweest en het eene volk zou den „cultheros” van het andere hebben overgenomen of met de ceremoniën ook den „cultheros”. Hoewel we de groote waarde van den cultus niet mogen ontkennen, zoo is o. i. toch nog nooit aangetoond, dat de cultus zoozeer het primaire, het eerste en voornaamste was, dat met of door den cultus ook de góden, die vereerd werden, overgenomen zijn of dat een bestaande cultus in een historisch persoon werd vastgelegd.