Christelijke encyclopedie

F.W. Grosheide (1926)

Gepubliceerd op 29-12-2019

Boekencensuur

betekenis & definitie

Spoedig na de uitvinding van de boekdrukkunst (1491) vaardigde de pauselijke legaat Nicolaas Franco in Venetië een edict uit, dat niemand, op straffe van excommunicatie, boeken over het Catholieke geloof of over kerkelijke zaken mocht laten drukken, zonder toestemming van den bisschop of den vicarius generaal. Alexander VI, Leo X en het concilie van Trente herhaalden dit edict en specifieerden, welke boeken onder dit edict vielen.

In de 19e eeuw heeft de Roomsch Catholieke kerk ingezien, dat het onmogelijk is den vloed van nieuwe litteratuur onder censuur te stellen. Daarom beperkte Pius IX in 1848 de boekencensuur in den kerkelijken staat tot die boeken, welke van theologischen of zedelijken aard waren.

Tegenwoordig approbeeren de bisschoppen alleen maar Catechismussen, Gebedenboeken en stichtelijke lectuur. Toch durft heden ten dage nog geen Roomsch Catholiek geestelijke een boek uit te geven, zonder daarin eerst zijn geestelijke superieuren gekend te hebben.

< >