Christelijke encyclopedie

F.W. Grosheide (1926)

Gepubliceerd op 29-12-2019

Aanraken

betekenis & definitie

I. In eigenlijken zin beteekent het: de hand ergens naar uitstrekken en het voorwerp, dat men op het oog heeft, aanroeren.

Jezus raakte de kranken aan (Marc. 1 : 41) en de kranken raakten Hem aan (Marc. 3 :10; 5 : 27; 5 : 28; 5 : 30; 6 : 56; 7 : 33; Luc. 6: 17; 7: 14). II. In figuurlijken zin beteekent het: ergens zich aan gelegen laten liggen. De Farizeeën raakten de geboden, welke zij aan anderen oplegden, zelve niet aan (Luc. 11 : 46). III. Wanneer het van God gebezigd wordt, duidt het aan, dat de Heere iemand bezoekt (Job 19:21), of dat Hij zijn hoogheid en majesteit toont (Ps. 144 : 5).