Champagne compleet

Gert Crum (2008)

Gepubliceerd op 07-06-2017

Jacques Selosse

betekenis & definitie

Grootvader is loodgieter, vader bakker totdat hij beslist zijn geluk te proberen in champagne. Hij is per slot geboren en getogen in Avize, het hart van de Côte des Blancs. Vader Jacques Selosse vestigt zich dus als récoltant-manipulant met enkele hectaren chardonnay. Mevrouw Selosse verzorgt de wijnstokken. Dat heeft ze immers als meisje ook al moeten doen. Jacques Selosse bouwt een behoorlijke reputatie op.

In 1980 stopt Jacques echter en neemt zoon Anselme de zaken over. Anselme Selosse heeft van 1971 tot en met 1975 het Lycée Viticole in Beaune bezocht. Op 21-jarige leeftijd komt hij terug uit Bourgogne om zijn vader bij te staan. Sinds 1980 doet hij het alleen - samen met zijn vrouw Corinne en een paar werknemers. Of het Bourgondische invloeden zijn of niet, Anselme gaat het volstrekt anders doen dan zijn vader. Volstrekt anders dan welke champagneboer ook. In de wijngaarden en in de kelders.

In de hele Côte des Blancs, op meer dan 3000 hectaren, is Anselme Selosse met slechts een paar collega's de enige die de grond ambachtelijk bewerkt: 'De bodem moet ademen om de plant te laten leven.’ De enige mest die hij gebruikt is vegetale compost, hij geeft geen voeding aan de plant, maar voedt de bodem. Het zijn de micro-organismen in de bodem die de plant doen leven. Micro-organismen zijn uiterst gevoelig voor de omgeving, de temperatuur, de waterhuishouding en daardoor is de mate van aanwezigheid en de samenstelling van de micro-organismen per perceel uniek. Dat is de essentie van terroir. Hij snoeit zijn stokken uiterst streng, want hij streeft naar lage rendementen. De wijngaard wordt niet behandeld tegen rot, want hij wil voor alles voorkomen dat de authentieke gistsporen worden gedood. Tegen de tijd dat de druiven rijpen, loopt hij vaak langs de stokken. Door te kauwen op de schil van een druif proeft hij de aroma's en door te kijken naar de pitten stelt hij de rijpheid vast. Groene pitten zeggen dat de druif onrijp is, kastanjebruine dat hij te rijp is. Pitten moeten beige zijn. De druiven moeten immers optimaal rijp zijn voor echte terroirexpressie. Selosse wil geen wijnen met een hoge aciditeit. Hij zoekt mineraliteit. 'Een goed producent herken je aan zijn zorg voor de wijnstokken, zijn zorg voor de wijngaard, en niet aan zijn werk in de kelder.' Anselme Selosse werkt in hoge mate volgens de ideeën van Claude Bourguignon, maar hij wil niet bij een groep, bij een richting worden gerekend. ‘Ik ben geen biologische wijnboer en ook geen biodynamische; ik ben Anselme Selosse.' Op zijn bureau ligt wel de Calendrier des Semis met alle astrologische iconen en hij probeert het voorgeschreven ritme te respecteren, maar als het niet gaat, is het niet erg. 'Ik doe het op mijn manier.' Anselme Selosse is de grand vigneron artiste de la Côte des Blancs. Zijn roem reikt inmiddels ver. In Italië, waar hij is uitgeroepen tot 'de grootste revolutionair in de geschiedenis van de champagne sinds Dom Pérignon', werkt hij als adviseur bij het produceren van spumantes op Azienda Feudi di San Gregorio in de buurt van Napels. Ook is er al een tv-documentaire gemaakt met als titel 'La foi d'Anselme Selosse' - hetgeen iets anders is dan la foi d'Anselme Selosse.

In totaal bewerkt Anselme Selosse 7,5 hectaren, verdeeld over 47 verschillende kavels in Avize, Cramant, Oger, Les Mesnil in de Côte des Blancs en in Aÿ, Mareuil-sur-Aÿ en Ambonnay aan de overkant van de Marne. Ook heeft hij nog enkele kleine percelen in Saudoy (iets ten zuiden van Sézanne). In Aÿ, Mareuil en Ambonnay staat pinot noir, de rest is allemaal chardonnay. De gemiddelde ouderdom van de stokken is meer dan 40 jaar. De jaarlijkse productie bedraagt zo'n 50.000 flessen.

Ook de vinificatie bij Anselme Selosse is volstrekt persoonlijk. Zelf zegt hij dat hij geen wijn maakt, maar slechts kijkt hoe de wijn zich ontwikkelt. Ingrijpen wordt tot een minimum beperkt. Perceel per perceel wordt apart geperst en vervolgens ook per perceel in de meeste gevallen op eiken gelegd. Een deel echter gaat vergist op tank. Het persen gebeurt hier nog met een oude, verticale Coquart en vervolgens gaat de most op fust. De gisting is op gebruikte vaten van 228 liter elk, die Selosse betrekt bij Domaine Leflaive in Puligny-Montrachet, en op tien procent nieuwe vaten. De wijn ligt tot juli op dit hout. De eerste maanden wordt het bezinksel van de gistcellen iedere week opgeroerd, vanaf het voorjaar is er eens per maand zo’n batonnage. De wijnen ondergaan bij Anselme Selosse nooit een melkzuurgisting. Dat is niet nodig, zegt hij, want hij oogst volledig rijp fruit.

Eind juni, begin juli worden alle vaten geproefd en wordt de basis gelegd voor de assemblage. Anselme Selosse produceert verschillende cuvées, elk met een eigen stijl. De wijnen worden gefilterd noch geklaard, waardoor ze veel micro-organismen bevatten. Dat geeft ze elk zo'n specifiek karakter. Na botteling en prise de mousse rijpen de champagnes sur lattes. Champagne ontleent zijn complexiteit en finesse in hoge mate aan de duur van deze rijping sur lies, op fles. Selosse neemt daarvoor de tijd. Het champagneprocédé eindigt met het dégorgement en het afvullen met de liqueur d'expédition, de dosage. Bij Selosse zijn de dosages minimaal en bovendien wordt in plaats van de gangbare saccharose (bietsuiker) geconcentreerde most (MCR) gebruikt. Alles is anders.

Met twee derde van de productie is de Brut Initiale de basischampagne. Een champagne zonder oogstjaar, van alleen chardonnay uit Avize en Oger en derhalve een grand cru blanc de blancs. De compositie bestaat uit drie oogsten, waarbij de jongste oogst van roestvrijstaal komt en de twee oudere jaren op hout hebben gelegen. Het is een klassieke wijn, elegant en krachtig tegelijk met een zacht citrus-aroma. De dosage is hier 6,5 gram per liter. Er is een uiterst eigenzinnige Brut Grand Cru Blanc de Blancs onder de naam Substance. De non-millésimé - Anselme Selosse spreekt wel van een anti-millésimé - is een superballerina, die het resultaat is van een soort solera a la Jerez uit vaten van 17 verschillende tonneliers. Van de onderste rij vaten wordt ieder jaar een vijfde op fles gebracht voor de prise de mousse. Die onderste vaten worden dan weer aangevuld met wijnen uit de rij vaten die erboven ligt, zij worden op hun beurt bijgevuld met wijnen uit de bovenste rij vaten. Daarin komt weer een vijfde nieuwe wijn. Het resultaat is uiteindelijk een krachtige en complexe champagne, met een rijpe, noem het licht oxidatieve smaak. Heel bijzonder. Er is ook een Extra Brut Grand Cru Blanc de Blancs: géén dosage - chardonnay, geen melkzuurgisting en geen suiker! Dat kan alleen als het fruit absoluut rijp is geoogst. Deze Version Originale is een compositie van chardonnays uit Avize en Cramant, vanzelfsprekend strakdroog en, ook niet verrassend, zeer mineralig. Tegelijk ook vineus en complex met aroma's als brioche, gedroogd fruit en abrikoos. Een originele aperitiefchampagne. Als een soort tegenpool is er dan een Sec onder de naam Exquise. Geassembleerd uit drie oogstjaren. Niet zoet, wel heerlijk zacht - en tegelijk ook heerlijk fris en elegant. De Brut Rosé is een referentiewijn. Een subliem parfum gepaard aan een grandioze smaak met een heerlijke lengte.

En dan is er nog een Brut Grand Cru Contraste Blanc de Noirs. Pinot noir uit Aÿ oxidatief gevinifieerd: een echte tafelchampagne. Selosse geeft bij al zijn champagnes op het achteretiket de datum van het dégorgement aan.

Anselme Selosse is eigenzinnig, misschien controversieel en soms revolutionair. Hij is een filosoof en bovenal een grandioos champagneproducent, een artiest. Zijn champagnes zijn zeer uiteenlopend van karakter, uitgesproken en uitgesproken fijn.