Chardonnay wordt vooral geassocieerd met grote witte bourgognes. In Champagne wordt hij echter ook hoog gewaardeerd, hoewel dat wel iets is van vooral de laatste decennia. Het is hier nu de meest besproken, de hoogst geprezen, de duurst betaalde, maar nog altijd de minst aangeplante variëteit. In totaal is er in Champagne een kleine 9300 hectaren chardonnay. Daarvan staat 8100 hectaren in het departement Marne.
Chardonnay verkiest de echte krijtbodems - pinot staat in Champagne vaak op vrat vettiger kalkbodems, met bijvoorbeeld leem. Hoewel ook aanwezig in de Montagne de Reims, de Vallée de la Marne en Aube, is de Côte des Blancs - Chouilly, Cramant, Avize, Oger, Le Mesnil-sur-Oger en Vertus zijn stuk voor stuk bolwerken - het centrum voor chardonnay. En ook op de kalkrijke bodems van Montgueux (bij Troyes), de Côte de Sézanne en bij Vitry-le-François gedijt de chardonnay goed. Maar dan wel bijna altijd op naar het oosten gekeerde hellingen, want dan is de variëteit beschut tegen de gevreesde westenwind en kan optimaal genieten van het nodige zonlicht. Zo zien we chardonnay in de Montagne de Reims vooral op de naar het oosten gekeerde flanken bij Villers-Marmery, Vaudemanges en Trépail.
Doordat chardonnay vroeg uitbot, is hij kwetsbaar voor voorjaarsvorst. In april 2003 zijn juist ook vroeg uitlopende wijngaarden met chardonnay zwaar getroffen.
Hij geeft, door de hoge zuurgraad (hoger dan die van pinot noir) elegantie, verfijning en lichtvoetigheid aan champagne. Vaak geeft hij de wijn in zijn jeugd een streng en strak mondgevoel, dat zich pas met wat jaren rijping kan ontwikkelen tot een meer romige textuur. De fruitaroma's kunnen variëren van citrus, appel en meloen. Al met al geven chardonnay champagnes een hoge levendigheid en veel ras en delicatesse. Sommige blanc de blancs (dus champagnes van alleen chardonnay) zijn daarom perfect als aperitief.
