1. Voor een honderdtal: down gaan in een (meestal gedoubleerd) contract. Voorbeeld: voor 1100 gaan.
2. Naar een manche of slem: al of niet direct uitbieden.
3. M.b.t. het wedervaren in een wedstrijd: goed gaan of slecht gaan.
4. Bij de beschrijving van een biedverloop: ‘Het bieden ging...
Zie ook: laten gaan; naar bed gaan met