Een enkelvoudige dwang gespeeld als dubbele dwang. Voorbeeld:
Zuid is aan slag en speelt de vrije ♦9. Uit het spelen is bekend dat west ♠V nog heeft en oost ♥B. Wie de vierkaart klaveren heeft is onbekend, maar niet relevant.
Op ♦9 mag west ♠V niet afgooien. In noord gaat vervolgens ♠B weg en oost moet ♥B bewaren. Zowel west als oost heeft nog maximaal een driekaart klaveren over. Het is dus nu mathematisch zeker dat de klaveren gaan vallen.
Technisch is er geen sprake van een dubbele dwang, omdat hooguit één van de tegenstanders een vierkaart klaveren bezat.