Lexicon Beeldende Kunstenaars

Pieter Scheen (1980)

Gepubliceerd op 29-01-2021

Scheffer, henry

betekenis & definitie

Geb. Den Haag 25 september 1798, overl.

Parijs 15 maart 1862. Leerling van P. N. Guérin te Parijs. Gevestigd aldaar, kwam enkele malen naar Nederland terug, o.a. in 1827-1828; hij woonde toen in Den Haag. Broer van Ary Scheffer.

Schilderde vooral historiestukken, ook wel enkele portretten en genrestukken. In 1861 werd hem door de Franse regering een jaargeld van 1500 francs toegekend. Gaf om. les aan A. J. Lamme.Tentoonstellingen Den Haag, Amsterdam en Rotterdam 1828-1846: Don Juan slapende in de schoot van Haidee; huisvader die zijn familie zit voor te lezen; portretten; Hugo de Groot; de heilige Maagd met het kind Jezus; een predicatie; Lodewijk, koning der Fransen; een interieur enz. In 1844 kocht koning Willem II voor zijn museum: Hugo de Groot, zich voorbereidend om uit het slot Loevenstein te vluchten.

AMSTERDAM -Rijksprentenkabinet: tekeningen, w.o. een zelfportret. DORDRECHT -Dordrechts Museum (Museum Ary Scheffer): de vermaning; damesportret; portret van zijn broer Ary Scheffer. -Rijksmuseum Van Bilderbeek-Lamaison: Charlotte Corday (1853). ROTTERDAM -Museum Boymans-van Beuningen: het eerste kind (gem. Henri Scheffer 1818); naaktfiguur (tekening).

Kunstkronijk 1865 (bldz. 48).

Immerzeel; Kramm; Luns; Marius; Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek IV; Plasschaert; Scheen 1946 en 1970; Thieme-Becker; Van Hall I en port.; Waller; Wurzbach.

< >