Lexicon Beeldende Kunstenaars

Pieter Scheen (1980)

Gepubliceerd op 29-01-2021

Nakken

betekenis & definitie

Willem Karel; geb. Den Haag 9 april 1835, overl.

Rijswijk 4 januari 1926. Woonde en werkte in Den Haag en van 1909 af in Rijswijk (Z.H.). Leerling van de Akademie v.B.K. in Den Haag, van A. F. Dona en daarna (1857) van de Akademie v. B.K. te Antwerpen. Schilderde en aquarelleerde landschappen en boerenhoeven gestoffeerd met paarden, meestal aan de zonnige kant. Werkzaam te Oosterbeek, Dinant, in Normandië en in Limburg. Signeerde W. C. Nakken of W. C. N. Heeft tot tweemaal toe, samen met W. Verschuur jr, een studiereis naar Normandië gemaakt. Was lid van ‘Pulchri Studio’, van ‘Arti et Amicitiae’ en van de Hollandse Tekenmaatschappij. Gaf les aan Th. van Wissen.

Tentoonstellingen Amsterdam en Den Haag 1853-1903 (en later): arreslede; het aftrekken door paarden van visserspinken van het strand; paardenmarkten; in de hooibouw; dorpsstal op marktdag; ossenwagen in de Ardennen; bij de steengroeve; landschap met vee bij Oosterbeek; Arabisch paard; bij de hoefsmid; enz.

AMSTERDAM -Rijksprentenkabinet: tekening(en). -Stedelijk Museum: lastpaarden in de bossen van Normandië in de winter (bruikleen). ARNHEM Gemeentemuseum: landweg in Normandië (gem. W.CN. 18 febr. ’73). ENSCHEDE -Stichting Edwina van Heek: binnenplaats met paard (gem. W.C. Nakken. ft. 70).

DEN HAAG -Gemeentearchief: gezicht op de Scheveningse brug (aquarel); de Boontjesmolen aan de Trekvaart (tekening in kleuren); gezicht op een onbebouwd terrein bij de Zeestraat (aquarel); gezicht op de kerk te Scheveningen (schetstekening). -Gemeentemuseum: kasteel-boerderij te Canne in Limburg, HAARLEM -Frans Halsmuseum: aan het Renkumse veer. -Gemeentearchief: ruïne van het slot te Heemstede (aquarel), HEINO Stichting Hannema-De Stuers: studie van een paard (tekening), HOORN Westfries Museum: paard in de weide; paard bij de stal. NIJMEGEN -Commanderie van St.Jan: gezicht op Nijmegen uit het oosten (marouflé, 1860). ROTTERDAM -Museum Boymans-van Beuningen: steengroeve in Normandië.


Kunstkronijk 1864 (bldz. 74); Elsevier XV, 1898 (P. A. Haaxman jr, bldz. 493-505); Maandblad v. Beeldende Kunsten 1925 (‘Onze schilders’) en 1928 (H. F. W Jeltes, bldz. 113-120).

Schildersboek III, 1899 (P. A. Haaxman jr, bldz. 225-240).

Gram 1880; Luns; Lurasco; Marius; Plasschaert; Scheen 1946 en 1970; Thieme-Becker; Van Hall I; Wurzbach.