Henri Charles (‘Harie’); geb. Maastricht 8 mei 1878, overl.
Maastricht 15 september 1944. Woonde en werkte in die stad, Amsterdam 1916-1918, maakte veel reizen, o.a. naar Italië, Parijs, Marokko, Spanje, België (Luik 1937, waar hij voor de tweede maal huwde), Maastricht. Was aanvankelijk huis- en dekoratieschilder, eerste schilderlessen van jhr R A. A. J. Graafland, daarna leerling van de Rijksakademie te Amsterdam (1916-1918) olv.
A. J. Derkinderen en N. van der Waay. Schilderde en tekende landschappen, figuren (naakten), portretten (zelfportret), religieuze voorstellingen (maakte gebrandschilderde ramen) en stadsgezichten (veelal van Maastricht). Ook maakte hij houtsneden en lithografieën. Heeft veel geëxposeerd.
Gaf les aan P. H. Coenen, P. E. Daems, H. M.
Damen, J. M. A. Hamelers, G. E. ter Horst, M. F.
H. Hul, P. F. Kromjong, W. J. Neuhof, J.
H. A. van de Port, M. C.J. H. Ritzen, H. J.
L. Schoonbrood, W. H. Serpenti, E.J. L. H. Wingen.HAARLEM -Frans Halsmuseum: zelfportret. MAASTRICHT -Bonnefantenmuseum: zelfportretten; portretten; havengezicht te Maastricht; drie baadsters; Eva; enz UTRECHT -Centraal Museum: heilige Johannes Nepomak (aquarel); heilige Franciscus Xaverius (aquarel, 1930). Rijkscollectie: zelfportret (tekening).
Esevier LXX, 1925 (Laurens van der Waals, bldz. 245-250); Kroniek van Kunst en Kuituur 7,1945 (J. Engelman, bldz. 35-37).
Mak van Waay; Plasschaert; Scheen 1969; Schwencke; Van Hall I, II en port.; Waller.
