Biologische encyclopedie

G. Th. van Kempen (1974)

Gepubliceerd op 03-04-2020

weefsel

betekenis & definitie

groep gelijksoortige cellen waaruit organismen zijn opgebouwd. De cellen hebben eenzelfde vorm en functie.

Ongedifferentieerde weefsels zijn deelweefsels of meristemen; gedifferentieerde weefsels zijn blijvende weefsels, zoals parenchym, steunweefsels, dekweefsels, klierweefsels, geleidingsweefsels, transportweefsels. Primair meristeem ontstaat rechtstreeks door cel-deling uit het embryo (topmeristeem bij wortel en stengel); zorgt voor lengtegroei. Secundair meristeem ontstaat uit cellen die zich opnieuw gaan delen (cambium bij diktegroei, wondmeristemen). Weefsels bij dieren en de mens bestaan niet alleen uit cellen maar ook uit tussencelstoffen die een bepaalde taak vervullen. We onderscheiden bij mens en dier vijf verschillende weefseltypen: epitheel, bindweefsel, steunweefsel, spierweefsel en zenuwweefsel. Deze vijf vormen het materiaal waaruit de organen opgebouwd zijn. Ze komen niet alle vijf in elk orgaan voor. In nieren en lever bv. ontbreekt steunweefsel.