Biologische encyclopedie

G. Th. van Kempen (1974)

Gepubliceerd op 03-04-2020

dierenrijk

betekenis & definitie

er zijn meer dan 1.000.000 soorten dieren, die in verschillende groepen te verdelen zijn. Een eerste indeling is: Eencellige dieren (Protozoa) en Meercellige dieren (Metazoa). De laatste groep bestaat uit Sponzen, Holtedieren (kwal, koraal), Platwormen (lintworm), Rondwormen (spoelworm), Ringwormen (regenworm), Geleedpotigen (kreeften, insekten: meer dan 700.000 soorten); Weekdieren (mossel, slak, inktvis), Stekelhuidigen (zeester), Chordadieren (zakpijp), en Gewervelde dieren (Kaaklozen, Vissen, Amfibieën, Reptielen, Vogels, Zoogdieren).

In navolging van Whittaker worden vijf rijken onderscheiden.

1. Minera (prokaryotisch en unicellulair: blauwwieren en bakteriën).
2. Protista (eukaryotisch en unicellulair: eencelligen, ook als acellulair beschouwd).
3. Animalia (multicellulaire organismen zonder fotosynthese (= heterotroof) voeding d.m.v. ingestie: dieren).
4. Fungi (multinucleaire organismen zonder fotosynthese, voeding d.m.v. absorptie: zwammen).
5. Plantae (multicellulaire organismen met fotosynthese („autotroof”): planten.

< >